Overzicht
Spaans naar Nederlands: Meer gegevens...
- aclarar:
-
Wiktionary:
- aclarar → ophelderen, verklaren
- aclarar → verduidelijken, verklaren, uitleggen, afwikkelen, ontrollen, uitrollen, beduiden, duidelijk maken, verhelderen, toelichten, uiteenzetten
-
Gebruikers suggesties voor aclarar:
- duidelijk maken
Spaans
Uitgebreide vertaling voor aclarar (Spaans) in het Nederlands
aclarar:
-
aclarar (explicar)
uitleggen; verklaren; toelichten; begrijpelijk maken; ophelderen; opklaren-
begrijpelijk maken werkwoord
-
aclarar (esclarecer; explicar)
verklaren; toelichten; ophelderen; verduidelijken; verhelderen; belichten; accentueren; opklaren-
verduidelijken werkwoord (verduidelijk, verduidelijkt, verduidelijkte, verduidelijkten, verduidelijkt)
-
aclarar (aclararse; explicar; desplegar; explicarse mejor; certificar; interpretar; detallar; desdoblar)
verduidelijken; nader verklaren; toelichten; uiteenzetten; uitleggen-
verduidelijken werkwoord (verduidelijk, verduidelijkt, verduidelijkte, verduidelijkten, verduidelijkt)
-
nader verklaren werkwoord (verklaar nader, verklaart nader, verklaarde nader, verklaarden nader, nader verklaard)
-
-
aclarar (explicar; exponer; detallar; ilustrar; desplegar; manifestar; interpretar; elucidar; declarar; poner en claro)
uitleggen; verduidelijken; uiteenzetten; ontvouwen-
verduidelijken werkwoord (verduidelijk, verduidelijkt, verduidelijkte, verduidelijkten, verduidelijkt)
-
aclarar (diezmar; entresacar; deforestar)
-
aclarar (iluminar; elucidar; alumbrar)
-
aclarar (iluminar; elucidar; exponer; explicar; enfocar; reflejar; alumbrar; esclarecer)
-
aclarar (achicar; sacar)
Conjugations for aclarar:
presente
- aclaro
- aclaras
- aclara
- aclaramos
- aclaráis
- aclaran
imperfecto
- aclaraba
- aclarabas
- aclaraba
- aclarábamos
- aclarabais
- aclaraban
indefinido
- aclaré
- aclaraste
- aclaró
- aclaramos
- aclarasteis
- aclararon
fut. de ind.
- aclararé
- aclararás
- aclarará
- aclararemos
- aclararéis
- aclararán
condic.
- aclararía
- aclararías
- aclararía
- aclararíamos
- aclararíais
- aclararían
pres. de subj.
- que aclare
- que aclares
- que aclare
- que aclaremos
- que aclaréis
- que aclaren
imp. de subj.
- que aclarara
- que aclararas
- que aclarara
- que aclaráramos
- que aclararais
- que aclararan
miscelánea
- ¡aclara!
- ¡aclarad!
- ¡no aclares!
- ¡no aclaréis!
- aclarado
- aclarando
1. yo, 2. tú, 3. él/ella/usted, 4. nosotros/nosotras, 5. vosotros/vosotras, 6. ellos/ellas/ustedes
Vertaal Matrix voor aclarar:
Synoniemen voor "aclarar":
Wiktionary: aclarar
aclarar
Cross Translation:
verb
-
duidelijkheid scheppen in iets
-
duidelijk maken
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• aclarar | → verduidelijken | ↔ clarify — to make clear |
• aclarar | → verklaren; verduidelijken | ↔ clear — to eliminate ambiguity or doubt; to clarify |
• aclarar | → uitleggen; afwikkelen; ontrollen; uitrollen; beduiden; duidelijk maken; verhelderen; verklaren; toelichten; uiteenzetten | ↔ expliquer — rendre clair. |