Overzicht
Spaans naar Nederlands: Meer gegevens...
- abundancia:
-
Wiktionary:
- abundancia → abondantie, overvloed, weelde
- abundancia → overvloed, rijkdom, abundantie, onbekrompenheid, uitbundigheid, weligheid, luxe, vruchtbaarheid
Spaans
Uitgebreide vertaling voor abundancia (Spaans) in het Nederlands
abundancia:
-
la abundancia (lujo; riqueza; magnificencia; grandeza; suntuosidad; plétora; profusión)
-
la abundancia (desmasiado; exceso; superávit; rebosamiento)
-
la abundancia (riqueza; recurso)
-
la abundancia
-
la abundancia
-
la abundancia (cualquier cosa; multiplicidad)
-
la abundancia (exceso; excedente; desbordamiento; rebosamiento; superabundancia; intemperancia)
-
la abundancia (sobrante; surplús)
Vertaal Matrix voor abundancia:
Verwante woorden van "abundancia":
Synoniemen voor "abundancia":
Wiktionary: abundancia
abundancia
Cross Translation:
noun
-
overvloed
-
het voorhanden zijn van meer dan voldoende van iets
-
omstandigheden van overvloed waar men in leeft
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• abundancia | → overvloed | ↔ abundance — ample sufficiency |
• abundancia | → rijkdom | ↔ affluence — a large amount of wealth |
• abundancia | → overvloed | ↔ plenty — An more than adequate amount |
• abundancia | → overvloed; abundantie; onbekrompenheid; uitbundigheid; weligheid | ↔ abondance — Grande quantité |
• abundancia | → onbekrompenheid; overvloed; uitbundigheid; weligheid | ↔ opulence — abondance de biens, richesse dont on faire étalage. |
• abundancia | → rijkdom; luxe; vruchtbaarheid; weligheid | ↔ richesse — opulence, abondance de biens. |
Computer vertaling door derden: