Aborto in het Nederlands vertaald uit het Spaans

Remove Ads

Overzicht

Spaans naar Nederlands: Meer gegevens...

aborto:
- miskraam; abortus; vruchtafdrijving; zwangerschapsonderbreking; expulsie
abortar:
- vruchtafdrijven
Wiktionary:
- aborto → miskraam, zwangerschapsafbreking, zwangerschapsonderbreking
- aborto → abortus, miskraam, abortie, misbaksel, zwangerschapsafbreking, vruchtafdrijving, afdrijving, abortus provocatus
- abortar → aborteren
- abortar → voortijdig bevallen, onderbreken, stoppen, afbreken, verijdelen, omvergooide, mislukken, een miskraam krijgen, aborteren, ontijdig bevallen

Spaans

Uitgebreide vertaling voor aborto (Spaans) in het Nederlands

aborto:

aborto [el ~] zelfstandig naamwoord

el aborto (malparto)
de miskraam
- miskraam [de ~] zelfstandig naamwoord
el aborto (interrupción del embarazo)
de abortus; de vruchtafdrijving
- abortus [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- vruchtafdrijving [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
el aborto (interrupción del embarazo)
de zwangerschapsonderbreking; de abortus
- zwangerschapsonderbreking [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- abortus [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
el aborto
expulsie
- expulsie [znw.] zelfstandig naamwoord
el aborto
de abortus
- abortus [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor aborto:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
abortus	aborto; interrupción del embarazo
expulsie	aborto
miskraam	aborto; malparto
vruchtafdrijving	aborto; interrupción del embarazo
zwangerschapsonderbreking	aborto; interrupción del embarazo

Verwante woorden van "aborto":

abortos

Synoniemen voor "aborto":

fracaso; malogro; engendro; monstruo; feto; pérdida; frustración

Wiktionary: aborto

aborto

noun

(medisch, nld) te vroege afstoting van een ongeboren vrucht
- miskraam → aborto; aborto espontáneo
een voortijdige en kunstmatige beëindiging van een zwangerschap
- zwangerschapsafbreking; zwangerschapsonderbreking → aborto; interrupción del embarazo

Cross Translation:

From	To	Via
• aborto	→ abortus; miskraam	↔ abortion — miscarriage
• aborto	→ abortus	↔ abortion — induced abortion
• aborto	→ abortus; abortie	↔ abortion — act of inducing abortion
• aborto	→ misbaksel; miskraam	↔ abortion — something ugly
• aborto	→ zwangerschapsafbreking	↔ Schwangerschaftsabbruch — gynäkologisch durchgeführte Abtötung und Entfernung eines Embryos beziehungsweise Fötus aus der Gebärmutter
• aborto	→ vruchtafdrijving; afdrijving; abortus	↔ Abtreibung — Eingriff zur gezielten Abtötung und Entfernung eines Embryo beziehungsweise Fötus aus der Gebärmutter
• aborto	→ miskraam; abortus; abortus provocatus; vruchtafdrijving	↔ avortement — Interruption, volontaire ou non, d’une grossesse avant terme

abortar:

abortar werkwoord

abortar
vruchtafdrijven
- vruchtafdrijven werkwoord

Conjugations for abortar:

presente

aborto
abortas
aborta
abortamos
abortáis
abortan

imperfecto

abortaba
abortabas
abortaba
abortábamos
abortabais
abortaban

indefinido

aborté
abortaste
abortó
abortamos
abortasteis
abortaron

fut. de ind.

abortaré
abortarás
abortará
abortaremos
abortaréis
abortarán

condic.

abortaría
abortarías
abortaría
abortaríamos
abortaríais
abortarían

pres. de subj.

que aborte
que abortes
que aborte
que abortemos
que abortéis
que aborten

imp. de subj.

que abortara
que abortaras
que abortara
que abortáramos
que abortarais
que abortaran

miscelánea

¡aborta!
¡abortad!
¡no abortes!
¡no abortéis!
abortado
abortando

1. yo, 2. tú, 3. él/ella/usted, 4. nosotros/nosotras, 5. vosotros/vosotras, 6. ellos/ellas/ustedes

Vertaal Matrix voor abortar:

Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
vruchtafdrijven	abortar

Synoniemen voor "abortar":

aguar; estropear; chafar; amargar; fastidiar; frustrar; jorobar; joder
ahogar; sofocar; reprimir; extinguir
fallar; errar; pifiar; fracasar; malograrse; frustrarse; estropearse; marrar; patinar; equivocarse
malparir; malograr; impedir; desgraciar

Wiktionary: abortar

abortar

verb

een foetus weghalen
- aborteren → abortar