Overzicht
Spaans naar Nederlands: Meer gegevens...
- reservado:
- reservar:
- reservarse:
-
Wiktionary:
- reservado → gereserveerd, afstandelijk, terughoudend, bezet, zwijgzaam, stil, rustig, gesloten
- reservar → bespreken, boeken, reserveren, wegzetten
- reservar → reserveren, boeken, boeking, sparen, opslaan, opbergen, verstoppen, openhouden, vrijhouden, bespreken
Spaans
Uitgebreide vertaling voor reservado (Spaans) in het Nederlands
reservado:
-
reservado (cerrado; retraído)
terughoudend; gereserveerd; ingetogen; gesloten; terughoudende; koel; geheimzinnig-
terughoudend bijvoeglijk naamwoord
-
gereserveerd bijvoeglijk naamwoord
-
ingetogen bijvoeglijk naamwoord
-
gesloten bijvoeglijk naamwoord
-
terughoudende bijvoeglijk naamwoord
-
koel bijvoeglijk naamwoord
-
geheimzinnig bijvoeglijk naamwoord
-
-
reservado
-
reservado
-
reservado (retirado; retraído; tímido; asustadizo; insociable)
introvert; teruggetrokken; eenzelvig; mensenschuw; eenkennig-
introvert bijvoeglijk naamwoord
-
teruggetrokken bijvoeglijk naamwoord
-
eenzelvig bijvoeglijk naamwoord
-
mensenschuw bijvoeglijk naamwoord
-
eenkennig bijvoeglijk naamwoord
-
-
reservado (ajeno)
Vertaal Matrix voor reservado:
Synoniemen voor "reservado":
Wiktionary: reservado
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• reservado | → gereserveerd; afstandelijk; terughoudend | ↔ aloof — reserved and remote; either physically or emotionally distant |
• reservado | → bezet | ↔ occupied — reserved |
• reservado | → zwijgzaam; stil; rustig | ↔ quiet — not talking |
• reservado | → gesloten; gereserveerd | ↔ secretive — having an inclination to secrecy |
• reservado | → gereserveerd | ↔ shy — reserved |
reservar:
-
reservar (dejar de lado; contener; reservarse; negar; no aceptar; rechazar; poner aparte)
-
reservar (dejar libre)
Conjugations for reservar:
presente
- reservo
- reservas
- reserva
- reservamos
- reserváis
- reservan
imperfecto
- reservaba
- reservabas
- reservaba
- reservábamos
- reservabais
- reservaban
indefinido
- reservé
- reservaste
- reservó
- reservamos
- reservasteis
- reservaron
fut. de ind.
- reservaré
- reservarás
- reservará
- reservaremos
- reservaréis
- reservarán
condic.
- reservaría
- reservarías
- reservaría
- reservaríamos
- reservaríais
- reservarían
pres. de subj.
- que reserve
- que reserves
- que reserve
- que reservemos
- que reservéis
- que reserven
imp. de subj.
- que reservara
- que reservaras
- que reservara
- que reserváramos
- que reservarais
- que reservaran
miscelánea
- ¡reserva!
- ¡reservad!
- ¡no reserves!
- ¡no reservéis!
- reservado
- reservando
1. yo, 2. tú, 3. él/ella/usted, 4. nosotros/nosotras, 5. vosotros/vosotras, 6. ellos/ellas/ustedes
Vertaal Matrix voor reservar:
Synoniemen voor "reservar":
Wiktionary: reservar
reservar
Cross Translation:
verb
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• reservar | → reserveren; boeken | ↔ book — reserve |
• reservar | → boeking | ↔ booking — The engagement of a performer for a particular performance |
• reservar | → sparen | ↔ save — store for future use |
• reservar | → opslaan; opbergen; verstoppen | ↔ stash — store away for later use |
• reservar | → openhouden; reserveren; vrijhouden; bespreken; boeken | ↔ réserver — garder, retenir quelque chose d’un tout, une chose entre plusieurs autres. |
reservado vorm van reservarse:
-
reservarse (dejar de lado)
-
reservarse (retener; recordar)
-
reservarse (reservar; dejar de lado; contener; negar; no aceptar; rechazar; poner aparte)
Conjugations for reservarse:
presente
- me reservo
- te reservas
- se reserva
- nos reservamos
- os reserváis
- se reservan
imperfecto
- me reservaba
- te reservabas
- se reservaba
- nos reservábamos
- os reservabais
- se reservaban
indefinido
- me reservé
- te reservaste
- se reservó
- nos reservamos
- os reservasteis
- se reservaron
fut. de ind.
- me reservaré
- te reservarás
- se reservará
- nos reservaremos
- os reservaréis
- se reservarán
condic.
- me reservaría
- te reservarías
- se reservaría
- nos reservaríamos
- os reservaríais
- se reservarían
pres. de subj.
- que me reserve
- que te reserves
- que se reserve
- que nos reservemos
- que os reservéis
- que se reserven
imp. de subj.
- que me reservara
- que te reservaras
- que se reservara
- que nos reserváramos
- que os reservarais
- que se reservaran
miscelánea
- ¡resérvate!
- ¡reservaos!
- ¡no te reserves!
- ¡no os reservéis!
- reservado
- reservándose
1. yo, 2. tú, 3. él/ella/usted, 4. nosotros/nosotras, 5. vosotros/vosotras, 6. ellos/ellas/ustedes