Home ->Woordenboeken ->Spaans/Nederlands ->Zoek: peregrino

Spaanse en Nederlandse zoekresultaten voor: peregrino

Overzicht

Spaans naar Nederlands: Meer gegevens...

peregrino:
- pelgrim; bedevaartganger; kruisvaarder; bedevaartgangers
peregrinar:
- een bedevaart doen
Wiktionary:
- peregrino → pelgrim
- peregrinar → rondtrekken, rondreizen, dolen

Spaans

Uitgebreide vertaling voor peregrino (Spaans) in het Nederlands

peregrino:

peregrino [el ~] zelfstandig naamwoord

el peregrino
de pelgrim; de bedevaartganger
- pelgrim [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- bedevaartganger [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
el peregrino (cruzado)
de pelgrim; de kruisvaarder
- pelgrim [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- kruisvaarder [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
el peregrino (romero)
de bedevaartgangers
- bedevaartgangers [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

Vertaal Matrix voor peregrino:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
bedevaartganger	peregrino
bedevaartgangers	peregrino; romero
kruisvaarder	cruzado; peregrino
pelgrim	cruzado; peregrino

Verwante woorden van "peregrino":

peregrinos

Wiktionary: peregrino

Cross Translation:

From	To	Via
• peregrino	→ pelgrim	↔ pilgrim — traveler, especially to religious sites

peregrino vorm van peregrinar:

peregrinar werkwoord

peregrinar (ir en romería)
een bedevaart doen
- een bedevaart doen werkwoord

Conjugations for peregrinar:

presente

peregrino
peregrinas
peregrina
peregrinamos
peregrináis
peregrinan

imperfecto

peregrinaba
peregrinabas
peregrinaba
peregrinábamos
peregrinabais
peregrinaban

indefinido

peregriné
peregrinaste
peregrinó
peregrinamos
peregrinasteis
peregrinaron

fut. de ind.

peregrinaré
peregrinarás
peregrinará
peregrinaremos
peregrinaréis
peregrinarán

condic.

peregrinaría
peregrinarías
peregrinaría
peregrinaríamos
peregrinaríais
peregrinarían

pres. de subj.

que peregrine
que peregrines
que peregrine
que peregrinemos
que peregrinéis
que peregrinen

imp. de subj.

que peregrinara
que peregrinaras
que peregrinara
que peregrináramos
que peregrinarais
que peregrinaran

miscelánea

¡peregrina!
¡peregrinad!
¡no peregrines!
¡no peregrinéis!
peregrinado
peregrinando

1. yo, 2. tú, 3. él/ella/usted, 4. nosotros/nosotras, 5. vosotros/vosotras, 6. ellos/ellas/ustedes

Vertaal Matrix voor peregrinar:

Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
een bedevaart doen	ir en romería; peregrinar

Synoniemen voor "peregrinar":

andar; caminar; marchar; deambular; circular; pasear; transitar; vagar; recorrer; ir; trasladarse; patear; avanzar

Wiktionary: peregrinar

Cross Translation:

From	To	Via
• peregrinar	→ rondtrekken; rondreizen	↔ peregrinate — to travel from place to place
• peregrinar	→ dolen	↔ wander — to go somewhere indirectly