Overzicht
Spaans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. cruz:
  2. Wiktionary:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor cruz (Spaans) in het Nederlands

cruz:

cruz [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la cruz (hombro)
    de schouder; de schoft
    • schouder [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • schoft [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  2. la cruz (forma de cruz)
    het kruis; kruisvorm
    • kruis [het ~] zelfstandig naamwoord
    • kruisvorm [znw.] zelfstandig naamwoord

cruz [el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el cruz (crucifijo)
    het crucifix; het kruisbeeld

cruz

  1. cruz
    het kruisje
    • kruisje [het ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor cruz:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
crucifix crucifijo; cruz
kruis cruz; forma de cruz aflicción; dura prueba; genitales; melancolía; partes delicadas; pena; pesar; sufrimiento; suplicio; tentación; tristeza
kruisbeeld crucifijo; cruz
kruisje cruz crucecilla; crucecita
kruisvorm cruz; forma de cruz
schoft cruz; hombro bellaco; bribón; cabrón; canalla; desgraciado; granuja; hijo de puta; mal bicho; mala bestia; miserable; tunante
schouder cruz; hombro

Verwante woorden van "cruz":


Synoniemen voor "cruz":


Wiktionary: cruz


Cross Translation:
FromToVia
cruz kruis cross — geometrical figure
cruz obsessie; juk; last incubus — oppressive thing or person; a burden
cruz kruis KreuzSymbol
cruz kruis croix — antiq|fr sorte de gibet où l’on attachait, dans l’antiquité, certains criminels.

Verwante vertalingen van cruz