Antes: vertaling Spaans

Remove Ads

Overzicht

Spaans naar Nederlands: Meer gegevens...

antes:
- voor; daarvoor; ervoor; vroeger; eerder; voordien; voorheen; eertijds; voormaals; liever; te voren; vooraf; van tevoren; tevoren; vooraleer; voortijds; vantevoren
ante:
- wegens; vanwege; om; in aanwezigheid van; overstaan
- suède
Wiktionary:
- antes → veeleer, vroeger
- antes → voor
- antes → voor, weleer
- ante → vóór, suède

Spaans

Uitgebreide vertaling voor antes (Spaans) in het Nederlands

antes:

antes bijvoeglijk naamwoord

antes (delante; para; por; enfrente; a favor de; para ello; al frente; para eso; a eso; antes de eso; al principio; a la cabeza; en la parte delantera; al efecto; frente a; en la parte de delante; al comienzo)
voor; daarvoor; ervoor
- voor bijvoeglijk naamwoord
- daarvoor bijwoord
- ervoor bijwoord
antes (anterior; anteriormente; en otros tiempos; pasado)
vroeger; eerder; voordien; voorheen
- vroeger bijvoeglijk naamwoord
- eerder bijvoeglijk naamwoord
- voordien bijwoord
- voorheen bijwoord
antes (antaño; en el pasado; anteriormente; antiguamente; en otros tiempos)
vroeger; voorheen; eertijds; voormaals
- vroeger bijvoeglijk naamwoord
- voorheen bijwoord
- eertijds bijwoord
- voormaals bijvoeglijk naamwoord
antes (más bien; mejor)
liever
- liever bijwoord
antes
te voren
- te voren bijvoeglijk naamwoord
antes (antes de; anteriormente; de antemano; previamente)
vooraf; van tevoren; tevoren
- vooraf bijwoord
- van tevoren bijvoeglijk naamwoord
- tevoren bijwoord
antes (previamente; anteriormente; antes de; de antemano)
vooraleer
- vooraleer bijvoeglijk naamwoord
antes (más temprano; anteriormente; antaño; antiguamente; prematuro; más pronto; otrora; en el pasado; en otros tiempos)
voortijds
- voortijds bijvoeglijk naamwoord
antes (anteriormente; de antemano; antes de; previamente)
vantevoren
- vantevoren bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor antes:

Bijvoeglijk Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
eerder	anterior; anteriormente; antes; en otros tiempos; pasado
vroeger	antaño; anterior; anteriormente; antes; antiguamente; en el pasado; en otros tiempos; pasado	antiguo; ex
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
daarvoor	a eso; a favor de; a la cabeza; al comienzo; al efecto; al frente; al principio; antes; antes de eso; delante; en la parte de delante; en la parte delantera; enfrente; frente a; para; para ello; para eso; por
eertijds	antaño; anteriormente; antes; antiguamente; en el pasado; en otros tiempos
ervoor	a eso; a favor de; a la cabeza; al comienzo; al efecto; al frente; al principio; antes; antes de eso; delante; en la parte de delante; en la parte delantera; enfrente; frente a; para; para ello; para eso; por
liever	antes; mejor; más bien
tevoren	anteriormente; antes; antes de; de antemano; previamente
vooraf	anteriormente; antes; antes de; de antemano; previamente
voordien	anterior; anteriormente; antes; en otros tiempos; pasado
voorheen	antaño; anterior; anteriormente; antes; antiguamente; en el pasado; en otros tiempos; pasado	antiguo; ex
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
te voren	antes
van tevoren	anteriormente; antes; antes de; de antemano; previamente
vantevoren	anteriormente; antes; antes de; de antemano; previamente
voor	a eso; a favor de; a la cabeza; al comienzo; al efecto; al frente; al principio; antes; antes de eso; delante; en la parte de delante; en la parte delantera; enfrente; frente a; para; para ello; para eso; por	antes de; delante de; por
vooraleer	anteriormente; antes; antes de; de antemano; previamente
voormaals	antaño; anteriormente; antes; antiguamente; en el pasado; en otros tiempos
voortijds	antaño; anteriormente; antes; antiguamente; en el pasado; en otros tiempos; más pronto; más temprano; otrora; prematuro

Verwante woorden van "antes":

ante

Synoniemen voor "antes":

antiguamente; antaño; ayer
a priori; anticipadamente; de antemano; con antelación; con anterioridad; previamente; por lo que precede
atrás

Wiktionary: antes

antes

adverb

(formeel, nld) eerder, liever
- veeleer → antes; más bien
(zoals) in het verleden
- vroeger → antes; antaño

preposition

eerder in tijd
- voor → antes

Cross Translation:

From	To	Via
• antes	→ voor	↔ ehe — temporale Subjunktion, leitet einen nachzeitigen (in der Erzählzeit späteren) Satzteil ein: vor einem Bezugszeitpunkt
• antes	→ weleer	↔ vorher — vor diesem Zeitpunkt oder Vorgang

ante:

ante bijvoeglijk naamwoord

ante (a causa de; por; con motivo de; de parte de; a)
wegens; vanwege
– om een reden aan te geven ¹
- wegens bijvoeglijk naamwoord
  - wegens de vakantie zijn we gesloten¹
- vanwege bijvoeglijk naamwoord
  - vanwege de regen gaat de wedstrijd niet door¹
om
- om bijvoeglijk naamwoord
ante (en la presencia de)
in aanwezigheid van; overstaan
- in aanwezigheid van bijvoeglijk naamwoord
- overstaan bijvoeglijk naamwoord

ante [el ~] zelfstandig naamwoord

el ante
de suède
- suède [de ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor ante:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
suède	ante
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
in aanwezigheid van	ante; en la presencia de
om	a; a causa de; ante; con motivo de; de parte de; por	alrededor de
overstaan	ante; en la presencia de
vanwege	a; a causa de; ante; con motivo de; de parte de; por
wegens	a; a causa de; ante; con motivo de; de parte de; por

Verwante woorden van "ante":

antes

Synoniemen voor "ante":

alce; anta
delante; frente a; en presencia de

Wiktionary: ante

Cross Translation:

From	To	Via
• ante	→ vóór	↔ before — in front of in space
• ante	→ suède	↔ suède — cuir avec une finition doux.

Verwante vertalingen van antes

¹Muiswerk Woordenboek

Remove Ads

Spaanse en Nederlandse zoekresultaten voor: antes

Uitgebreide vertaling voor antes (Spaans) in het Nederlands

antes:

antes bijvoeglijk naamwoord

antes (delante; para; por; enfrente; a favor de; para ello; al frente; para eso; a eso; antes de eso; al principio; a la cabeza; en la parte delantera; al efecto; frente a; en la parte de delante; al comienzo)

antes (anterior; anteriormente; en otros tiempos; pasado)

antes (antaño; en el pasado; anteriormente; antiguamente; en otros tiempos)

antes (más bien; mejor)

antes

antes (antes de; anteriormente; de antemano; previamente)

antes (previamente; anteriormente; antes de; de antemano)

antes (más temprano; anteriormente; antaño; antiguamente; prematuro; más pronto; otrora; en el pasado; en otros tiempos)

antes (anteriormente; de antemano; antes de; previamente)

Vertaal Matrix voor antes:

Verwante woorden van "antes":

Synoniemen voor "antes":

Wiktionary: antes

ante:

ante bijvoeglijk naamwoord

ante (a causa de; por; con motivo de; de parte de; a)

ante (en la presencia de)

ante [el ~] zelfstandig naamwoord

el ante

Vertaal Matrix voor ante:

Verwante woorden van "ante":

Synoniemen voor "ante":

Wiktionary: ante

Verwante vertalingen van antes