Home ->Woordenboeken ->Spaans/Nederlands ->Zoek: bastón

Spaanse en Nederlandse zoekresultaten voor: bastón

Overzicht

Spaans naar Nederlands: Meer gegevens...

bastón:
- Wiktionary:
  bastón → stok
  bastón → blindenstok, knuppel, staf, wandelstok, stok, baar, paal, pijp, roede, schacht, spijl, stang, hengel
- Synoniemen voor "bastón":
  báculo; cayado; cachava; cayada; estaca; garrota; garrote; bordón; macana; muleta; ayuda
  bastoncillo; palito

Spaans

Uitgebreide vertaling voor bastón (Spaans) in het Nederlands

bastón:

Synoniemen voor "bastón":

báculo; cayado; cachava; cayada; estaca; garrota; garrote; bordón; macana; muleta; ayuda
bastoncillo; palito

Wiktionary: bastón

bastón

noun

langwerpig voorwerp om te stoten, slaan, aanraken, aangeven (van toon), steken, te likken of te prikken
- stok → palo; bastón

Cross Translation:

From	To	Via
• bastón	→ blindenstok	↔ cane — long collapsible rod used by vision impaired people
• bastón	→ knuppel	↔ club — weapon
• bastón	→ staf	↔ staff — long, straight stick
• bastón	→ wandelstok; stok	↔ walking stick — cane
• bastón	→ baar; paal; pijp; roede; schacht; spijl; stang; staf; stok	↔ bâton — Morceau de bois assez long
• bastón	→ hengel; staf; stok	↔ canne — Nom générique donner à plusieurs espèces de roseaux, tels que le roseau commun, la canne d’Inde, la canne odorante, le bambou, etc.

Verwante vertalingen van bastón