Overzicht
Spaans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. prevenir:
  2. Wiktionary:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor prevenir (Spaans) in het Nederlands

prevenir:

prevenir werkwoord

  1. prevenir (evitar)
    weren; afhouden
    • weren werkwoord (weer, weert, weerde, weerden, geweerd)
    • afhouden werkwoord (houd af, houdt af, hield af, hielden af, afgehouden)

Conjugations for prevenir:

presente
  1. prevengo
  2. previenes
  3. previene
  4. prevenimos
  5. prevenís
  6. previenen
imperfecto
  1. prevenía
  2. prevenías
  3. prevenía
  4. preveníamos
  5. preveníais
  6. prevenían
indefinido
  1. previne
  2. previniste
  3. previno
  4. previnimos
  5. previnisteis
  6. previnieron
fut. de ind.
  1. prevendré
  2. prevendrás
  3. prevendrá
  4. prevendremos
  5. prevendréis
  6. prevendrán
condic.
  1. prevendría
  2. prevendrías
  3. prevendría
  4. prevendríamos
  5. prevendríais
  6. prevendrían
pres. de subj.
  1. que prevenga
  2. que prevengas
  3. que prevenga
  4. que prevengamos
  5. que prevengáis
  6. que prevengan
imp. de subj.
  1. que previniera
  2. que previnieras
  3. que previniera
  4. que previniéramos
  5. que previnierais
  6. que previnieran
miscelánea
  1. ¡preven!
  2. ¡prevenid!
  3. ¡no prevengas!
  4. ¡no prevengáis!
  5. prevenido
  6. previniendo
1. yo, 2. tú, 3. él/ella/usted, 4. nosotros/nosotras, 5. vosotros/vosotras, 6. ellos/ellas/ustedes

Vertaal Matrix voor prevenir:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
afhouden impedir
weren defender; defenderse
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
afhouden evitar; prevenir apartar de; deducir; detener; impedir; implicar; mantener a distancia; mantener apartado; retener
weren evitar; prevenir defender; desviar; parar

Synoniemen voor "prevenir":


Wiktionary: prevenir

prevenir
verb
  1. iemand verwittigen dat er mogelijke gevaren, problemen of gevolgen zijn

Cross Translation:
FromToVia
prevenir verhinderen deter — to prevent something from happening
prevenir verhinderen prevent — to keep from happening
prevenir ontwijken; voorkomen ward off — to avert or prevent
prevenir voorkomen; verhinderen empêcherentraver quelqu’un dans la réalisation de quelque chose.
prevenir voorkomen prévenir — (vieilli) devancer, venir avant.

Verwante vertalingen van prevenir