Overzicht
Spaans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. hebreo:
  2. Wiktionary:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor hebreo (Spaans) in het Nederlands

hebreo:

hebreo [el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el hebreo
    het hebreeuws
  2. el hebreo (judío)
    de Jood; de Hebreeër
    • Jood [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • Hebreeër [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor hebreo:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Hebreeër hebreo; judío
Jood hebreo; judío
hebreeuws hebreo

Verwante woorden van "hebreo":

  • hebreos, hebrea, hebreas

Synoniemen voor "hebreo":


Wiktionary: hebreo

hebreo
noun
  1. de officiële taal van Israël, de heilige taal van de Joden en de taal van de Tenach
  2. een lid van het Joodse volk

Cross Translation:
FromToVia
hebreo Hebreeuws Hebrew — pertaining to the people
hebreo Hebreeër; Hebreïnne; Hebreeuwse; Hebreeërs; Hebreeuwsen Hebrew — person
hebreo Hebreeuws Hebrew — language
hebreo Ivriet Iwrit — die moderne neuhebräische Standardsprache