Situación: vertaling Spaans

Overzicht

Spaans naar Nederlands: Meer gegevens...

situación:
- locatie; ligging; omstandigheden; situatie; omstandigheid; toestand; staat; gesteldheid; positie; plaatsbepaling; conditie; heisa
Wiktionary:
- situación → situatie, toestand
- situación → conditie, aanstelling, positie, houding, stand, situatie, ligging, toestand

Spaans

Uitgebreide vertaling voor situación (Spaans) in het Nederlands

la situación (ubicación)
de locatie; de ligging
- locatie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- ligging [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
la situación (circunstancias; estado)
de omstandigheden; de situatie; de omstandigheid; de toestand
- omstandigheden [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
- situatie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- omstandigheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- toestand [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
la situación (condición en que se halla alguien o algo; estado; humor; estado de ánimo)
de toestand; de staat; de gesteldheid; de positie
- toestand [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- staat [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- gesteldheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- positie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
la situación (ubicación; determinación de la posición; localización)
de plaatsbepaling
- plaatsbepaling [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
la situación (estado; condición)
de toestand; de staat; de conditie
- toestand [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- staat [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- conditie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
la situación (barullo; embrollo; lío; estado)
de heisa; de toestand
- heisa [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- toestand [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
conditie	condición; estado; situación	acción judicial; cláusula; condición; criterio; cuadro; estado; estipulación; forma; forma física; requisito; restricción
gesteldheid	condición en que se halla alguien o algo; estado; estado de ánimo; humor; situación	calidad
heisa	barullo; embrollo; estado; lío; situación	ajetreo; disputa; follón; lío; riña
ligging	situación; ubicación	posición
locatie	situación; ubicación	asiento; espacio; localidad; lugar; patio; posición; puesto; punto; sitio; ubicación; zona
omstandigheden	circunstancias; estado; situación	contexto; relación oracional
omstandigheid	circunstancias; estado; situación	ampulosidad; prolijidad
plaatsbepaling	determinación de la posición; localización; situación; ubicación
positie	condición en que se halla alguien o algo; estado; estado de ánimo; humor; situación	actitud; empleo; posición; postura; toma de posición; trabajo
situatie	circunstancias; estado; situación
staat	condición; condición en que se halla alguien o algo; estado; estado de ánimo; humor; situación	Estado; administración; autoridades; catálogo; enumeración; especificación; estado; inventario; lista; nación
toestand	barullo; circunstancias; condición; condición en que se halla alguien o algo; embrollo; estado; estado de ánimo; humor; lío; situación
Not Specified	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
toestand		condición; estado

situación

noun

Cross Translation:

From	To	Via
• situación	→ conditie	↔ condition — health status of a patient
• situación	→ aanstelling; positie; houding; stand	↔ position — situation dans une structure, place dans un ensemble de coordonnées ; lieu, point où une chose place, situation.
• situación	→ situatie; ligging; toestand	↔ situation — position d’une ville, d’un château, d’une maison, d’un jardin, etc.