Home ->Woordenboeken ->Spaans/Nederlands ->Zoek: principiar

Spaanse en Nederlandse zoekresultaten voor: principiar

Overzicht

Spaans naar Nederlands: Meer gegevens...

principiar:
- aanvangen; beginnen
Wiktionary:
- principiar → aanbreken, aanvangen, beginnen, ingaan

Spaans

Uitgebreide vertaling voor principiar (Spaans) in het Nederlands

principiar:

principiar [el ~] zelfstandig naamwoord

el principiar (comienzar)
aanvangen; beginnen
- aanvangen [znw.] zelfstandig naamwoord
- beginnen [znw.] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor principiar:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
aanvangen	comienzar; principiar
beginnen	comienzar; principiar
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
aanvangen		activarse; arrancar; comenzar; despegar; empezar; emprender; entrar en; iniciar; ponerse en marcha; ponerse en movimiento
beginnen		abrir; activarse; arrancar; calzar; colocar; comenzar; despegar; empezar; emprender; entrar en; inaugurar; iniciar; instalar; marcharse; montar; poner en marcha; ponerse en marcha; ponerse en movimiento

Synoniemen voor "principiar":

empezar; comenzar; iniciar; emprender; entablar; abrir
germinar; brotar; nacer; desarrollarse; surgir; florecer; gestarse; iniciarse; originarse

Wiktionary: principiar

Cross Translation:

From	To	Via
• principiar	→ aanbreken; aanvangen; beginnen; ingaan	↔ débuter — commencer.