Overzicht
Spaans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. pensión:
  2. Wiktionary:
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. pension:
  2. Wiktionary:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor pensión (Spaans) in het Nederlands

pensión:

pensión [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la pensión (casa de huéspedes; pensiones; habitación; casa de pupilos)
    het pension
    • pension [het ~] zelfstandig naamwoord
  2. la pensión (jubilación)
    het pensioen
    • pensioen [het ~] zelfstandig naamwoord
  3. la pensión (hotel; habitación; hostal; )
    het hotel; de herberg
    • hotel [het ~] zelfstandig naamwoord
    • herberg [de ~] zelfstandig naamwoord
  4. la pensión (dinero anual; retiro; jubilación; )
    het jaargeld
    • jaargeld [het ~] zelfstandig naamwoord
  5. la pensión (pupilaje)
    het kostgeld
    • kostgeld [het ~] zelfstandig naamwoord
  6. la pensión (casa de huéspedes; internado)
    het kosthuis
    • kosthuis [het ~] zelfstandig naamwoord
  7. la pensión (retiro; jubilación; renta anual; )
    a.o.w.-uitkering

Vertaal Matrix voor pensión:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
a.o.w.-uitkering dinero anual; jubilación; pensión; pensión anual; renta anual; renta vitalicia; retiro
herberg casa de huéspedes; empresa hotelera; habitación; hostal; hotel; internado; pensión bar; cafetería; casa de huéspedes; establecimiento; fonda; local; mesón; posada; sala; taberna; tasca
hotel casa de huéspedes; empresa hotelera; habitación; hostal; hotel; internado; pensión
jaargeld dinero anual; jubilación; pensión; pensión anual; renta anual; renta vitalicia; retiro
kostgeld pensión; pupilaje
kosthuis casa de huéspedes; internado; pensión
pensioen jubilación; pensión
pension casa de huéspedes; casa de pupilos; habitación; pensiones; pensión

Synoniemen voor "pensión":


Wiktionary: pensión

pensión
noun
  1. loon uitgesteld tot de tijd dat men niet langer actief is op de arbeidsmarkt
  2. een gelegenheid waar men kan logeren

Cross Translation:
FromToVia
pensión alimentatiegeld; alimentatie alimony — a court-enforced allowance
pensión gastenverblijf guesthouse — small house for visitors
pensión pensioen; pension pension — regular payment due to a person in consideration of past services
pensión pension pension — boarding house
pensión pensioen Rente — Altersruhegeld für Arbeiter und Angestellte
pensión pensioen Ruhegeld — eine Rente für Arbeiter und Angestellte
pensión kosthuis; pension pensionnatétablissement particulier où l’on prend en pension des enfants de l’un ou de l’autre sexe pour les instruire.
pensión pensioen retraite — Pension perçue après s’être retiré de la vie active

Verwante vertalingen van pensión



Nederlands

Uitgebreide vertaling voor pensión (Nederlands) in het Spaans

pension:

pension [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het pension
    la pensión; la casa de huéspedes; la pensiones; la habitación; la casa de pupilos

Vertaal Matrix voor pension:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
casa de huéspedes pension gasthuis; herberg; hotel; kosthuis; logement
casa de pupilos pension
habitación pension accommodatie; behuizing; bewoning; herberg; hotel; huis; huisvesting; kwartier; onderbrenging; onderdak; onderkomen; pand; perceel; tehuis; verblijfplaats
pensiones pension
pensión pension a.o.w.-uitkering; herberg; hotel; jaargeld; kostgeld; kosthuis; pensioen

Verwante woorden van "pension":

  • pensions

Wiktionary: pension

pension
noun
  1. een gelegenheid waar men kan logeren

Cross Translation:
FromToVia
pension parador; albergue hostel — an affordable overnight lodging place
pension pensión pension — regular payment due to a person in consideration of past services
pension pensión pension — boarding house
pension casa de huéspedes; pensión pensionnatétablissement particulier où l’on prend en pension des enfants de l’un ou de l’autre sexe pour les instruire.