Overzicht
Spaans naar Nederlands: Meer gegevens...
-
función:
- functie; betrekking; ambt; voorstelling; happening; show; performance; arbeid; job; karwei; hobby; bezigheid; baantje
-
Wiktionary:
- función → functie
- función → functie, ambt, baan, betrekking, werkkring, plaats, dienst, magazijn, provisiekamer, provisiekast, voorraadkamer
Spaans
Uitgebreide vertaling voor función (Spaans) in het Nederlands
función:
-
la función (cargo; puesto; oficio)
-
la función (demostración; exhibición; sesión; exposición)
-
la función (empleo; trabajo; obra; misión; ocupación)
-
la función (faena; obra; ocupación; quehacer; misión; trabajo; empleo; tarea; trabajo escrito; memoria)
-
la función (trabajo; empleo; trabajito; changa; empleo remunerado)
-
la función
Vertaal Matrix voor función:
Verwante woorden van "función":
Synoniemen voor "función":
Wiktionary: función
función
Cross Translation:
noun
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• función | → functie | ↔ function — what something does or is used for |
• función | → functie | ↔ function — mathematics: one-to-one relation |
• función | → functie | ↔ function — computing: routine that returns a result |
• función | → functie | ↔ function — biology: physiological activity of an organ or body part |
• función | → functie | ↔ use — function |
• función | → ambt; baan; betrekking; werkkring; plaats; functie | ↔ fonction — Activité qui tend à un but précis |
• función | → dienst; magazijn; provisiekamer; provisiekast; voorraadkamer; ambt; baan; betrekking; werkkring; plaats | ↔ office — Fonction, emploi |
Computer vertaling door derden: