Aula: vertaling Spaans

Overzicht

Spaans naar Nederlands: Meer gegevens...

aula:
- les; lesuur; collegezaal; klas; schoolklas
- leslokaal; lokaal; schoollokaal; vaklokaal
Wiktionary:
- aula → collegezaal
- aula → klaslokaal, kamer, lokaal, vertrek

Nederlands naar Spaans: Meer gegevens...

aula:
- auditorio; teatro; salón de actos; sala de audiencias; auditórium; paraninfo

Spaans

Uitgebreide vertaling voor aula (Spaans) in het Nederlands

aula:

aula [el ~] zelfstandig naamwoord

el aula (hora de clase; lección; clase; cursillo; hora; estudios; curso)
de les; het lesuur
- les [de ~] zelfstandig naamwoord
- lesuur [het ~] zelfstandig naamwoord
el aula (clase)
de collegezaal
- collegezaal [de ~] zelfstandig naamwoord
el aula (sala de clase; clase; lección; curso; hora lectiva; hora de clase)
de klas; de schoolklas
- klas [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- schoolklas [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

aula [la ~] zelfstandig naamwoord

la aula (sala de clase; clase; local)
het leslokaal; het lokaal; het schoollokaal
- leslokaal [het ~] zelfstandig naamwoord
- lokaal [het ~] zelfstandig naamwoord
- schoollokaal [het ~] zelfstandig naamwoord
la aula (clase; local)
het vaklokaal
- vaklokaal [het ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor aula:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
collegezaal	aula; clase
klas	aula; clase; curso; hora de clase; hora lectiva; lección; sala de clase	año escolar; clase
les	aula; clase; cursillo; curso; estudios; hora; hora de clase; lección	clase; comando; comisión; educación; enseñanza; instrucción; lección
leslokaal	aula; clase; local; sala de clase
lesuur	aula; clase; cursillo; curso; estudios; hora; hora de clase; lección
lokaal	aula; clase; local; sala de clase
schoolklas	aula; clase; curso; hora de clase; hora lectiva; lección; sala de clase
schoollokaal	aula; clase; local; sala de clase	clase; sala de clase
vaklokaal	aula; clase; local
Bijvoeglijk Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
lokaal		aquí y allá; comarcal; local; regional

Verwante woorden van "aula":

aulas

Synoniemen voor "aula":

clase; cátedra

Wiktionary: aula

aula

noun

een ruimte waarin les wordt gegeven aan studenten
- collegezaal → aula

Cross Translation:

From	To	Via
• aula	→ klaslokaal	↔ classroom — room in a school
• aula	→ kamer; lokaal; vertrek	↔ salle — pièce d’un bâtiment.

Nederlands

Uitgebreide vertaling voor aula (Nederlands) in het Spaans

aula:

aula [de ~] zelfstandig naamwoord

de aula (auditorium; gehoorzaal)
el auditorio; el teatro; el salón de actos; la sala de audiencias
- auditorio [el ~] zelfstandig naamwoord
- teatro [el ~] zelfstandig naamwoord
- salón de actos [el ~] zelfstandig naamwoord
- sala de audiencias [la ~] zelfstandig naamwoord
de aula (auditorium; gehoorzaal)
el auditorio; el auditórium; el paraninfo; el salón de actos
- auditorio [el ~] zelfstandig naamwoord
- auditórium [el ~] zelfstandig naamwoord
- paraninfo [el ~] zelfstandig naamwoord
- salón de actos [el ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor aula:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
auditorio	auditorium; aula; gehoorzaal	auditoria; concertgebouw; schouwburg; theater
auditórium	auditorium; aula; gehoorzaal
paraninfo	auditorium; aula; gehoorzaal
sala de audiencias	auditorium; aula; gehoorzaal	schouwburg; theater
salón de actos	auditorium; aula; gehoorzaal	schouwburg; theater
teatro	auditorium; aula; gehoorzaal	schouwburg; schouwtoneel; theater; toneelwezen

Verwante vertalingen van aula

aula's

Spaanse en Nederlandse zoekresultaten voor: aula

Uitgebreide vertaling voor aula (Spaans) in het Nederlands

aula:

aula [el ~] zelfstandig naamwoord

el aula (hora de clase; lección; clase; cursillo; hora; estudios; curso)

el aula (clase)

el aula (sala de clase; clase; lección; curso; hora lectiva; hora de clase)

aula [la ~] zelfstandig naamwoord

la aula (sala de clase; clase; local)

la aula (clase; local)

Vertaal Matrix voor aula:

Verwante woorden van "aula":

Synoniemen voor "aula":

Wiktionary: aula

Uitgebreide vertaling voor aula (Nederlands) in het Spaans

aula:

aula [de ~] zelfstandig naamwoord

de aula (auditorium; gehoorzaal)

de aula (auditorium; gehoorzaal)

Vertaal Matrix voor aula:

Verwante vertalingen van aula