Overzicht
Spaans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. paisano:
  2. Wiktionary:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor paisano (Spaans) in het Nederlands

paisano:

paisano [el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el paisano
    de landgenote
  2. el paisano
    de stamgenoot

Vertaal Matrix voor paisano:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
landgenote paisano
stamgenoot paisano persona del mismo tribu

Verwante woorden van "paisano":

  • paisanos, paisana, paisanas

Wiktionary: paisano

paisano
noun
  1. landbouwer
  2. een inwoner van een stad of staat die bepaalde wettelijke rechten en plichten heeft

Cross Translation:
FromToVia
paisano landgenoot countryman — somebody from one's own country