Defensa: vertaling Spaans

Overzicht

Spaans naar Nederlands: Meer gegevens...

defensa:
- defensie; achterhoede; verdediging; afweer; geborgenheid; bezwaar; verdedigingsakte; verweer; repliek; verweerschrift; pleidooi; verdedigingsmiddel; verweermiddel; verdedigbaarheid; deugdelijkheid van argumentatie; geldigheid
- back; achterspeler
Wiktionary:
- defensa → beveiliging, defensie, defensief
- defensa → achterhoedespeler, verdediger, verdediging, weer, verweer, motivering, rechtvaardiging, wettiging, interdict, verbod, afweer, defensie, bescherming, behoud, bewaring, handhaving, bewaarder, bewaker, hoeder, wacht, wachter

Spaans

Uitgebreide vertaling voor defensa (Spaans) in het Nederlands

la defensa (retaguardia)
de defensie
- defensie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
la defensa (retaguardia)
de achterhoede
- achterhoede [de ~] zelfstandig naamwoord
la defensa (oposición; resistencia)
de verdediging
- verdediging [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
la defensa (resistencia; oposición; retaguardia)
de afweer
- afweer [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
la defensa (protección; amparo; seguridad; abrigo contra)
de geborgenheid
- geborgenheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
la defensa (objeción; réplica)
het bezwaar; verdedigingsakte; het verweer; de repliek; het verweerschrift
- bezwaar [het ~] zelfstandig naamwoord
- verdedigingsakte [znw.] zelfstandig naamwoord
- verweer [het ~] zelfstandig naamwoord
- repliek [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- verweerschrift [het ~] zelfstandig naamwoord
la defensa (defensas)
het pleidooi
- pleidooi [het ~] zelfstandig naamwoord
la defensa (medio de defensa)
het verdedigingsmiddel; het verweermiddel
- verdedigingsmiddel [het ~] zelfstandig naamwoord
- verweermiddel [het ~] zelfstandig naamwoord
la defensa (conservabilidad; sostenibilidad; justificación; defendibilidad)
verdedigbaarheid; deugdelijkheid van argumentatie; de geldigheid
- verdedigbaarheid [znw.] zelfstandig naamwoord
- deugdelijkheid van argumentatie [znw.] zelfstandig naamwoord
- geldigheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

el defensa (zaguero)
de back; de achterspeler
- back [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- achterspeler [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
achterhoede	defensa; retaguardia
achterspeler	defensa; zaguero
afweer	defensa; oposición; resistencia; retaguardia
back	defensa; zaguero
bezwaar	defensa; objeción; réplica	desarrollo; dolencia; enfermedad; inconveniente; lamentación; llanto; mal; objeción; protesta; queja; querella; reclamación; reproche; suspiro
defensie	defensa; retaguardia
deugdelijkheid van argumentatie	conservabilidad; defendibilidad; defensa; justificación; sostenibilidad
geborgenheid	abrigo contra; amparo; defensa; protección; seguridad
geldigheid	conservabilidad; defendibilidad; defensa; justificación; sostenibilidad	validez; vigencia
pleidooi	defensa; defensas
repliek	defensa; objeción; réplica	contestación; reacción; respuesta; réplica
verdedigbaarheid	conservabilidad; defendibilidad; defensa; justificación; sostenibilidad
verdediging	defensa; oposición; resistencia
verdedigingsakte	defensa; objeción; réplica
verdedigingsmiddel	defensa; medio de defensa
verweer	defensa; objeción; réplica
verweermiddel	defensa; medio de defensa
verweerschrift	defensa; objeción; réplica

defensa

noun

de genomen maatregelen die er zo goed mogelijk voor zorgen dat er niets verkeerds gebeurt
- beveiliging → protección; abrigo; amparo; defensa
verdediging, verweer
- defensie → defensa
verdediging
- defensief → defensivo; defensa

Cross Translation:

From	To	Via
• defensa	→ achterhoedespeler; verdediger	↔ back — a position behind most players on the team
• defensa	→ verdediging; weer	↔ defence — action of protecting from attack
• defensa	→ verdediging; verweer	↔ defence — anything employed to oppose attack
• defensa	→ weer; verdediging	↔ defense — action of protecting from attack
• defensa	→ verdediging; verweer	↔ defense — anything employed to oppose attack
• defensa	→ verdediger	↔ Verteidiger — Sport, Fußball: defensiv eingestellter Spieler, dessen Aufgabe es ist, das gegnerische Spiel zu stören, um anschließend das eigene Spiel wieder aufbauen zu können
• defensa	→ verdediging	↔ Verteidigung — sprachlich: Rechtfertigung, Abwehr von/Verwahrung gegen Kritik
• defensa	→ motivering; rechtvaardiging; wettiging; interdict; verbod; afweer; defensie; verdediging; weer; verweer	↔ défense — Action de défendre
• defensa	→ bescherming; behoud; bewaring; handhaving; bewaarder; bewaker; hoeder; wacht; wachter	↔ garde — Traductions à trier suivant le sens