Home ->Woordenboeken ->Spaans/Nederlands ->Zoek: temporada

Spaanse en Nederlandse zoekresultaten voor: temporada

Overzicht

Spaans naar Nederlands: Meer gegevens...

temporada:
- Wiktionary:
  temporada → seizoen
  temporada → seizoen, jaargetijde
- Gebruikers suggesties voor temporada:
  seizoen, tijdelijk, periode
- Synoniemen voor "temporada":
  estación; tiempo; época; etapa; periodo; fase

Spaans

Uitgebreide vertaling voor temporada (Spaans) in het Nederlands

Spelling Suggesties voor: temporada

temporera; temporal; temporales; temporeras; temporaneo; temporero; temporeros; temporada baja; temporada de viajar; temporada de caza

temporada:

Synoniemen voor "temporada":

estación; tiempo; época; etapa; periodo; fase

Wiktionary: temporada

temporada

noun

een jaarlijks terugkerende periode
- seizoen → temporada

Cross Translation:

From	To	Via
• temporada	→ seizoen	↔ season — part of year with something special
• temporada	→ jaargetijde; seizoen	↔ saison — division en quatre de l’année : printemps, été, automne et hiver.

User Translations:

Word	Translation	Votes
temporada	seizoen	23
temporada	tijdelijk	15
temporada	periode	5

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van temporada

Nederlands

Suggesties voor temporada in het Nederlands

Spelling Suggesties voor: temporada

temporele; temporeel

Computer vertaling door derden: