Spaans

Uitgebreide vertaling voor podrirse (Spaans) in het Nederlands

podrirse:

podrirse werkwoord

  1. podrirse (pudrirse)
    bederven; vergaan; rotten; verrotten; wegrotten
    • bederven werkwoord (bederf, bederft, bedierf, bedierven, bedorven)
    • vergaan werkwoord (verga, vergaat, verging, vergingen, vergaan)
    • rotten werkwoord (rot, rotte, rotten, gerot)
    • verrotten werkwoord (verrot, verrotte, verrotten, verrot)
    • wegrotten werkwoord (rot weg, rotte weg, rotten weg, weggerot)
  2. podrirse (pudrirse; descomponerse)
    ontbinden; rotten; vergaan; verrotten; wegrotten; verteren
    • ontbinden werkwoord (ontbind, ontbindt, ontbond, ontbonden, ontbonden)
    • rotten werkwoord (rot, rotte, rotten, gerot)
    • vergaan werkwoord (verga, vergaat, verging, vergingen, vergaan)
    • verrotten werkwoord (verrot, verrotte, verrotten, verrot)
    • wegrotten werkwoord (rot weg, rotte weg, rotten weg, weggerot)
    • verteren werkwoord (verteer, verteert, verteerde, verteerden, verteerd)
  3. podrirse (pasar; gastarse)
    achteruitgaan; teruggaan; instorten; verteren; bezwijken; verrotten; wegrotten; tenondergaan; vergaan; zinken
    • achteruitgaan werkwoord (ga achteruit, gaat achteruit, ging achteruit, gingen achteruit, achteruitgegaan)
    • teruggaan werkwoord (ga terug, gaat terug, ging terug, gingen terug, teruggegaan)
    • instorten werkwoord (stort in, stortte in, stortten in, ingestort)
    • verteren werkwoord (verteer, verteert, verteerde, verteerden, verteerd)
    • bezwijken werkwoord (bezwijk, bezwijkt, bezweek, bezweken, bezweken)
    • verrotten werkwoord (verrot, verrotte, verrotten, verrot)
    • wegrotten werkwoord (rot weg, rotte weg, rotten weg, weggerot)
    • tenondergaan werkwoord (ga tenonder, gaat tenonder, ging tenonder, gingen tenonder, tenondergegaan)
    • vergaan werkwoord (verga, vergaat, verging, vergingen, vergaan)
    • zinken werkwoord (zink, zinkt, zonk, zonken, gezonken)
  4. podrirse (pudrirse; estropearse; deshacerse; )
    afrotten
    • afrotten werkwoord (rot af, rott af, rotte af, rotten af, afgerot)

Vertaal Matrix voor podrirse:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
achteruitgaan debilitarse; disminuir
afrotten pudrirse
bederven degeneración; degradación; descomposición; disolución; eliminación; liquidación; podredumbre; putrefacción
bezwijken sucumbir
instorten caída; derrumbamiento
ontbinden desliarse; rescición
vergaan degeneración; degradación; descomposición; disolución; eliminación; liquidación; podredumbre; putrefacción
verrotten degeneración; degradación; descomposición; disolución; eliminación; liquidación; podredumbre; putrefacción
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
achteruitgaan gastarse; pasar; podrirse abreviar; ahorrar; arredrarse; arruinar; bajar; decaer; decrecer; degenerar; degenerarse; desaparecer; descender; disminuir; echarse para atrás; llevarse; malograr; menguar; rebajar; recortar; reducir; regresar; remover; retirarse; retroceder; robar; vencer
afrotten atrofiarse; consumirse; corroerse; corromperse; degenerar; descomponerse; deshacerse; digerirse; estropearse; podrirse; pudrirse
bederven podrirse; pudrirse abastecerse de; amargar; aniquilar; aplastar; astillar; causar perjuicio; clavar; corromper; dar un mate; dañar; debilitar; degenerar; degenerarse; deshacer; destrozar; destruir; deteriorar; echar a perder; estrellar; estrellarse; estropear; estropearse; hacer daño; hacer pedazos; hacerse añicos; hacerse pedazos; lastimar; lesionar; machacar; malear; malograr; meter; pegar hasta romper; perjudicar; quebrarse; reventar; romperse; triturar
bezwijken gastarse; pasar; podrirse caer; ceder; derrumbarse; desaparecer; fallecer; morir; morirse; perecer; sucumbir
instorten gastarse; pasar; podrirse bajar los precios; caerse; derrumbarse; desmoronarse; estrellarse; sufrir un ataque nervioso; venirse abajo
ontbinden descomponerse; podrirse; pudrirse derretirse; descomponer; disociar; disolver; disolverse; interrumpir; quebrar; rescindir; romper; separar
rotten descomponerse; podrirse; pudrirse
tenondergaan gastarse; pasar; podrirse caer; ceder; llevar todas las de perder; morir; sucumbir
teruggaan gastarse; pasar; podrirse basarse en; dar la vuelta; disminuir; reducirse; regresar; remontarse a; tornar; volver
vergaan descomponerse; gastarse; pasar; podrirse; pudrirse avanzar; caducar; caer; caer en ruina; decaer; declinar; derrumbarse; deshacerse; desintegrarse; desmedrar; desmoronarse; desplomarse; expirar; fallar; fracasar; fragmentarse; hundirse; pasar; transcurrir
verrotten descomponerse; gastarse; pasar; podrirse; pudrirse
verteren descomponerse; gastarse; pasar; podrirse; pudrirse aguantar; comerse; consumir; corroer; corroerse; desaparecer; descomponerse; desgastar; digerir; digerirse; experimentar; gastar; hundirse; padecer; pasar por; ponerse; pudrirse; resistir; salir con bien; salir con bien de; seguir viviendo; soportar; sucumbir; sufrir; tolerar
wegrotten descomponerse; gastarse; pasar; podrirse; pudrirse
zinken gastarse; pasar; podrirse desaparecer bajo u.c.; sucumbir
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
zinken de zinc
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
vergaan corrompido; indecente; inmoral; maligno; malo; perverso; rancio; vicioso

Synoniemen voor "podrirse":


Wiktionary: podrirse


Cross Translation:
FromToVia
podrirse bederven; rotten; vergaan; verrotten pourrir — Se décomposer, fermenter, s'altérer, se corrompre, se gâter sous l’action de bactéries.

Computer vertaling door derden: