Espuma: vertaling Spaans

Remove Ads

Overzicht

Spaans naar Nederlands: Meer gegevens...

espuma:
- schuim; bruis; uitvaagsel; vaporisator; spuitbus; verstuiver
espumar:
- sprankelen; opbruisen; mousseren; tintelen; schuimen; schuim vormen
Wiktionary:
- espuma → schuim
- espuma → schuim, sop, mousse
- espumar → bruisen

Spaans

Uitgebreide vertaling voor espuma (Spaans) in het Nederlands

espuma:

espuma [la ~] zelfstandig naamwoord

la espuma
het schuim
- schuim [het ~] zelfstandig naamwoord
la espuma
het bruis
- bruis [het ~] zelfstandig naamwoord
la espuma (morralla; chusma; escoria; desechos; restos; gentuza; espumarajo)
het uitvaagsel
- uitvaagsel [het ~] zelfstandig naamwoord
la espuma (vaporizador; pulverizador; atomizador; spray; medio para pulverizar)
de vaporisator
- vaporisator [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
la espuma (aerosol; atomizador; spray; pulverizador; vaporizador; medio para pulverizar)
de spuitbus; de verstuiver
- spuitbus [de ~] zelfstandig naamwoord
- verstuiver [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor espuma:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
bruis	espuma
schuim	espuma
spuitbus	aerosol; atomizador; espuma; medio para pulverizar; pulverizador; spray; vaporizador
uitvaagsel	chusma; desechos; escoria; espuma; espumarajo; gentuza; morralla; restos
vaporisator	atomizador; espuma; medio para pulverizar; pulverizador; spray; vaporizador
verstuiver	aerosol; atomizador; espuma; medio para pulverizar; pulverizador; spray; vaporizador

Synoniemen voor "espuma":

burbujeo; ebullición; borboteo; gorgoteo; hervor; cocción

Wiktionary: espuma

espuma

noun

iets dat veel luchtbellen bevat
- schuim → espuma

Cross Translation:

From	To	Via
• espuma	→ schuim	↔ foam — foam
• espuma	→ schuim	↔ froth — foam
• espuma	→ sop	↔ suds — lather, foam
• espuma	→ schuim	↔ Schaum — meist nur im Singular: Gasbläschen, die von flüssigen Wand eingeschlossen sind
• espuma	→ schuim	↔ mousse — Amas serré de bulles
• espuma	→ mousse	↔ mousse — Dessert plein de bulles
• espuma	→ schuim	↔ écume — Sorte de mousse blanchâtre qui se forme à la surface des liquides agités, chauffés, ou en fermentation.

espuma vorm van espumar:

espumar werkwoord

espumar (burbujear; chispear)
sprankelen; opbruisen; mousseren; tintelen
- sprankelen werkwoord (sprankel, sprankelt, sprankelde, sprankelden, gesprankeld)
- opbruisen werkwoord (bruis op, bruist op, bruiste op, bruisten op, opgebruist)
- mousseren werkwoord (mousseer, mousseert, mousseerde, mousseerden, gemousseerd)
- tintelen werkwoord (tintel, tintelt, tintelde, tintelden, getinteld)
espumar (cabrillear; arrojar espuma; formar espuma)
schuimen; schuim vormen
- schuimen werkwoord (schuim, schuimt, schuimde, schuimden, geschuimd)
- schuim vormen werkwoord (vorm schuim, vormt schuim, vormde schuim, vormden schuim, schuim gevormd)

Conjugations for espumar:

presente

espumo
espumas
espuma
espumamos
espumáis
espuman

imperfecto

espumaba
espumabas
espumaba
espumábamos
espumabais
espumaban

indefinido

espumé
espumaste
espumó
espumamos
espumasteis
espumaron

fut. de ind.

espumaré
espumarás
espumará
espumaremos
espumaréis
espumarán

condic.

espumaría
espumarías
espumaría
espumaríamos
espumaríais
espumarían

pres. de subj.

que espume
que espumes
que espume
que espumemos
que espuméis
que espumen

imp. de subj.

que espumara
que espumaras
que espumara
que espumáramos
que espumarais
que espumaran

miscelánea

¡espuma!
¡espumad!
¡no espumes!
¡no espuméis!
espumado
espumando

1. yo, 2. tú, 3. él/ella/usted, 4. nosotros/nosotras, 5. vosotros/vosotras, 6. ellos/ellas/ustedes

Vertaal Matrix voor espumar:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
sprankelen		brillo; centelleo; chispeo; esplendor; fulgor
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
mousseren	burbujear; chispear; espumar
opbruisen	burbujear; chispear; espumar
schuim vormen	arrojar espuma; cabrillear; espumar; formar espuma
schuimen	arrojar espuma; cabrillear; espumar; formar espuma
sprankelen	burbujear; chispear; espumar	amanecer; brillar; centellear; clarear; dar luz; destellar; hacer brillar; iluminarse; relampaguear
tintelen	burbujear; chispear; espumar

Wiktionary: espumar

espumar

verb

het overvloedig vormen van gasbelletjes in een vloeistof
- bruisen → burbujear; espumar

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van espuma