Overzicht
Spaans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. cáliz:
  2. calíz:
  3. Wiktionary:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor cáliz (Spaans) in het Nederlands

cáliz:

cáliz [el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el cáliz
    het kroontje; het appelkroontje
  2. el cáliz
    de bloemkelk
  3. el cáliz
    het kelkenbakje; de onderzetter
  4. el cáliz (copa; vaso; jarra; tazón; cálices)
    de kelk
    • kelk [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor cáliz:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
appelkroontje cáliz
bloemkelk cáliz
kelk copa; cálices; cáliz; jarra; tazón; vaso
kelkenbakje cáliz
kroontje cáliz
onderzetter cáliz estera; esterilla; mantelito

Verwante woorden van "cáliz":


Synoniemen voor "cáliz":


Wiktionary: cáliz


Cross Translation:
FromToVia
cáliz kelk calyx — the sepals of a flower
cáliz kelk chalice — large drinking cup

calíz:

calíz [el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el calíz (copa; copita)
    het kelkje
    • kelkje [het ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor calíz:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
kelkje calíz; copa; copita

Verwante vertalingen van cáliz