Overzicht
Spaans naar Nederlands: Meer gegevens...
- accesible:
-
Wiktionary:
- accesible → toegankelijk
- accesible → benaderbaar, toegangelijk, bescheiden, matig, gematigd, schappelijk, sober, aanspreekbaar, genaakbaar, toegankelijk, betaalbaar, verkrijgbaar
Spaans
Uitgebreide vertaling voor accesible (Spaans) in het Nederlands
accesible:
-
accesible (transitable; alcanzable)
bereikbaar; toegankelijk; begaanbaar-
bereikbaar bijvoeglijk naamwoord
-
toegankelijk bijvoeglijk naamwoord
-
begaanbaar bijvoeglijk naamwoord
-
-
accesible
toegankelijk; aanspreekbaar; toeschietelijk; benaderbaar; genaakbaar-
toegankelijk bijvoeglijk naamwoord
-
aanspreekbaar bijvoeglijk naamwoord
-
toeschietelijk bijvoeglijk naamwoord
-
benaderbaar bijvoeglijk naamwoord
-
genaakbaar bijvoeglijk naamwoord
-
-
accesible (abierto; sin rodeos)
toegankelijk; benaderbaar; genaakbaar; open-
toegankelijk bijvoeglijk naamwoord
-
benaderbaar bijvoeglijk naamwoord
-
genaakbaar bijvoeglijk naamwoord
-
open bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor accesible:
Bijvoeglijk Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
aanspreekbaar | accesible | |
begaanbaar | accesible; alcanzable; transitable | |
benaderbaar | abierto; accesible; sin rodeos | |
bereikbaar | accesible; alcanzable; transitable | |
open | abierto; accesible; sin rodeos | abiertamente; abierto; claramente; claro; con franqueza; correcto; francamente; franco; honesto; honrado; sin ambages; sin reserva; sin rodeos; sin trabas; sincero; íntegro |
toegankelijk | abierto; accesible; alcanzable; sin rodeos; transitable | |
toeschietelijk | accesible | amable; bien dispuesto; complaciente |
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
genaakbaar | abierto; accesible; sin rodeos |
Verwante woorden van "accesible":
Synoniemen voor "accesible":
Wiktionary: accesible
accesible
Cross Translation:
adjective
-
te bereiken
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• accesible | → benaderbaar | ↔ approachable — easy to talk to |
• accesible | → toegangelijk | ↔ zugänglich — von Dingen und Sachen |
• accesible | → bescheiden; matig; gematigd; schappelijk; sober; aanspreekbaar; genaakbaar; toegankelijk; betaalbaar | ↔ abordable — rare|fr Qu’on peut aborder. |
• accesible | → genaakbaar; toegankelijk; verkrijgbaar | ↔ accessible — Où l’on peut accéder. |