Spaans
Uitgebreide vertaling voor resumido (Spaans) in het Frans
resumido:
-
resumido (conciso; breve; sucinto; en resumen; recapitulado)
bref; brièvement; résumé; concis; sommaire; succinct; succinctement; sommairement; récapitulé; d'une façon concise-
bref bijvoeglijk naamwoord
-
brièvement bijvoeglijk naamwoord
-
résumé bijvoeglijk naamwoord
-
concis bijvoeglijk naamwoord
-
sommaire bijvoeglijk naamwoord
-
succinct bijvoeglijk naamwoord
-
succinctement bijvoeglijk naamwoord
-
sommairement bijvoeglijk naamwoord
-
récapitulé bijvoeglijk naamwoord
-
d'une façon concise bijvoeglijk naamwoord
-
-
resumido (conciso; breve; sucinto; en resumen; recapitulado)
bref; brièvement; succinct; court; concis; succinctement-
bref bijvoeglijk naamwoord
-
brièvement bijvoeglijk naamwoord
-
succinct bijvoeglijk naamwoord
-
court bijvoeglijk naamwoord
-
concis bijvoeglijk naamwoord
-
succinctement bijvoeglijk naamwoord
-
-
resumido (en resumen)
sommaire; résumé; bref; brièvement; succinct; sommairement; succinctement; récapitulé; d'une façon concise-
sommaire bijvoeglijk naamwoord
-
résumé bijvoeglijk naamwoord
-
bref bijvoeglijk naamwoord
-
brièvement bijvoeglijk naamwoord
-
succinct bijvoeglijk naamwoord
-
sommairement bijvoeglijk naamwoord
-
succinctement bijvoeglijk naamwoord
-
récapitulé bijvoeglijk naamwoord
-
d'une façon concise bijvoeglijk naamwoord
-