Overzicht
Spaans naar Frans: Meer gegevens...
-
gracioso:
- joli; vif; impeccable; vive; preste; super; à la mode; drôle; amusant; rigolo; marrant; délicieux; magnifique; divin; divinement; ravissant; excellent; céleste; extrêmement bon; exquis; délicieuse; délicieusement; cher; doux; mignon; gentil; gracieux; aimé; élégant; affectueux; avenant; charmant; gamin; malicieux; fripon; coquinement; malicieusement; polisson; sympa; sympathiquement; plaisant; adorable; attirant; séduisant; gentiment; aimable; accueillant; alléchant; amical; envoûtant; aimablement; amicalement; d'une manière charmante; d'une façon charmante; chic; distingué; de goût; esthétique; soigné; avec élégance; avec classe; du meilleur goût; gracieusement; esthétiquement; de bon goût; avec grâce; d'un bon style; humoristique; comique; humoriste; hilarant; bouffon; dérisoire; drôlement; risible; avec humour; sot; comiquement; sottement; raffiné; chouette; unique; formidable; spécial; unique en son genre; extraordinaire; extra; espiègle; gracieuse; délicat; délicatement; élégamment; fin; finement; plaisamment; facétieux
- espiègle; gaillard; misérable; farceur; paillasse; plaisantin; clown; fou
- Wiktionary:
Spaans
Uitgebreide vertaling voor gracioso (Spaans) in het Frans
gracioso:
-
gracioso (de buen aspecto; entretenido)
-
gracioso (moderno; bonito; de prisa; aprisa; con celeridad; rápido; aceleradamente; con soltura; entretenido; despabilado; rápidamente)
-
gracioso (divertido; lindo)
-
gracioso (divino; espléndido; delicioso; magnífico; muy rico; bueno; agradable; excelente; celestial; sublime)
délicieux; magnifique; divin; divinement; ravissant; excellent; céleste; extrêmement bon; exquis; délicieuse; délicieusement-
délicieux bijvoeglijk naamwoord
-
magnifique bijvoeglijk naamwoord
-
divin bijvoeglijk naamwoord
-
divinement bijvoeglijk naamwoord
-
ravissant bijvoeglijk naamwoord
-
excellent bijvoeglijk naamwoord
-
céleste bijvoeglijk naamwoord
-
extrêmement bon bijvoeglijk naamwoord
-
exquis bijvoeglijk naamwoord
-
délicieuse bijvoeglijk naamwoord
-
délicieusement bijvoeglijk naamwoord
-
-
gracioso (con gracia; elegante)
cher; doux; mignon; gentil; ravissant; gracieux; aimé; élégant; affectueux; avenant; charmant-
cher bijvoeglijk naamwoord
-
doux bijvoeglijk naamwoord
-
mignon bijvoeglijk naamwoord
-
gentil bijvoeglijk naamwoord
-
ravissant bijvoeglijk naamwoord
-
gracieux bijvoeglijk naamwoord
-
aimé bijvoeglijk naamwoord
-
élégant bijvoeglijk naamwoord
-
affectueux bijvoeglijk naamwoord
-
avenant bijvoeglijk naamwoord
-
charmant bijvoeglijk naamwoord
-
-
gracioso (pícaro; travieso; divertido; pillo)
gamin; malicieux; fripon; coquinement; malicieusement; polisson-
gamin bijvoeglijk naamwoord
-
malicieux bijvoeglijk naamwoord
-
fripon bijvoeglijk naamwoord
-
coquinement bijvoeglijk naamwoord
-
malicieusement bijvoeglijk naamwoord
-
polisson bijvoeglijk naamwoord
-
-
gracioso (encantador; simpático; agradable; amable; ameno; agraciado; atractivo; amigable; adorable; seductor)
gentil; sympa; sympathiquement; plaisant; mignon; charmant; adorable; attirant; séduisant; gentiment; aimable; accueillant; alléchant; ravissant; amical; envoûtant; aimablement; amicalement; d'une manière charmante; d'une façon charmante-
gentil bijvoeglijk naamwoord
-
sympa bijvoeglijk naamwoord
-
sympathiquement bijvoeglijk naamwoord
-
plaisant bijvoeglijk naamwoord
-
mignon bijvoeglijk naamwoord
-
charmant bijvoeglijk naamwoord
-
adorable bijvoeglijk naamwoord
-
attirant bijvoeglijk naamwoord
-
séduisant bijvoeglijk naamwoord
-
gentiment bijvoeglijk naamwoord
-
aimable bijvoeglijk naamwoord
-
accueillant bijvoeglijk naamwoord
-
alléchant bijvoeglijk naamwoord
-
ravissant bijvoeglijk naamwoord
-
amical bijvoeglijk naamwoord
-
envoûtant bijvoeglijk naamwoord
-
aimablement bijvoeglijk naamwoord
-
amicalement bijvoeglijk naamwoord
-
d'une manière charmante bijvoeglijk naamwoord
-
d'une façon charmante bijvoeglijk naamwoord
-
-
gracioso (encantador; bueno; guapo; bonito; lindo; bello; precioso; agradable; adorable; espléndido; atractivo; atrayente; amable; agraciado)
gracieux; séduisant; charmant; joli; aimable; adorable; mignon; ravissant; alléchant; attirant-
gracieux bijvoeglijk naamwoord
-
séduisant bijvoeglijk naamwoord
-
charmant bijvoeglijk naamwoord
-
joli bijvoeglijk naamwoord
-
aimable bijvoeglijk naamwoord
-
adorable bijvoeglijk naamwoord
-
mignon bijvoeglijk naamwoord
-
ravissant bijvoeglijk naamwoord
-
alléchant bijvoeglijk naamwoord
-
attirant bijvoeglijk naamwoord
-
-
gracioso (aristocrático; elegante; de mucho estilo; distinguido; destacado; airoso; de buen gusto; con gracia; de postín; correcto; correctamente; con estilo)
chic; distingué; de goût; élégant; esthétique; gracieux; soigné; avec élégance; avec classe; du meilleur goût; gracieusement; esthétiquement; de bon goût; avec grâce; d'un bon style-
chic bijvoeglijk naamwoord
-
distingué bijvoeglijk naamwoord
-
de goût bijvoeglijk naamwoord
-
élégant bijvoeglijk naamwoord
-
esthétique bijvoeglijk naamwoord
-
gracieux bijvoeglijk naamwoord
-
soigné bijvoeglijk naamwoord
-
avec élégance bijvoeglijk naamwoord
-
avec classe bijvoeglijk naamwoord
-
du meilleur goût bijvoeglijk naamwoord
-
gracieusement bijvoeglijk naamwoord
-
esthétiquement bijvoeglijk naamwoord
-
de bon goût bijvoeglijk naamwoord
-
avec grâce bijvoeglijk naamwoord
-
d'un bon style bijvoeglijk naamwoord
-
-
gracioso (amable; espléndido; encantador; guapo; adorable; lindo; bonito; bueno; precioso; bello; ameno; agradable; agraciado; mono; atractivo; tentador; seductor; entretenido)
séduisant; charmant; mignon; ravissant; adorable; attirant; alléchant; d'une manière charmante; d'une façon charmante-
séduisant bijvoeglijk naamwoord
-
charmant bijvoeglijk naamwoord
-
mignon bijvoeglijk naamwoord
-
ravissant bijvoeglijk naamwoord
-
adorable bijvoeglijk naamwoord
-
attirant bijvoeglijk naamwoord
-
alléchant bijvoeglijk naamwoord
-
d'une manière charmante bijvoeglijk naamwoord
-
d'une façon charmante bijvoeglijk naamwoord
-
-
gracioso (cómico; divertido; humorístico; jocoso; chusco; hilarante; chistoso; para reír; jacarandoso; burlesco)
humoristique; drôle; comique; humoriste; marrant; hilarant; rigolo; bouffon; dérisoire; amusant; drôlement; risible; avec humour; sot; comiquement; sottement-
humoristique bijvoeglijk naamwoord
-
drôle bijvoeglijk naamwoord
-
comique bijvoeglijk naamwoord
-
humoriste bijvoeglijk naamwoord
-
marrant bijvoeglijk naamwoord
-
hilarant bijvoeglijk naamwoord
-
rigolo bijvoeglijk naamwoord
-
bouffon bijvoeglijk naamwoord
-
dérisoire bijvoeglijk naamwoord
-
amusant bijvoeglijk naamwoord
-
drôlement bijvoeglijk naamwoord
-
risible bijvoeglijk naamwoord
-
avec humour bijvoeglijk naamwoord
-
sot bijvoeglijk naamwoord
-
comiquement bijvoeglijk naamwoord
-
sottement bijvoeglijk naamwoord
-
-
gracioso (de buen gusto; distinguido; elegante; destacado; con gracia; con estilo; de mucho estilo; perfeccionado)
raffiné; gracieux; chic; de goût; élégant; avec élégance; avec classe; avec grâce; de bon goût; d'un bon style-
raffiné bijvoeglijk naamwoord
-
gracieux bijvoeglijk naamwoord
-
chic bijvoeglijk naamwoord
-
de goût bijvoeglijk naamwoord
-
élégant bijvoeglijk naamwoord
-
avec élégance bijvoeglijk naamwoord
-
avec classe bijvoeglijk naamwoord
-
avec grâce bijvoeglijk naamwoord
-
de bon goût bijvoeglijk naamwoord
-
d'un bon style bijvoeglijk naamwoord
-
-
gracioso (agraciado; amada; atractivo; hermoso)
élégant; charmant; gracieux; avec grâce; gracieusement; d'une manière charmante-
élégant bijvoeglijk naamwoord
-
charmant bijvoeglijk naamwoord
-
gracieux bijvoeglijk naamwoord
-
avec grâce bijvoeglijk naamwoord
-
gracieusement bijvoeglijk naamwoord
-
d'une manière charmante bijvoeglijk naamwoord
-
-
gracioso (mono)
chouette; chic; unique; formidable; spécial; unique en son genre; extraordinaire; extra-
chouette bijvoeglijk naamwoord
-
chic bijvoeglijk naamwoord
-
unique bijvoeglijk naamwoord
-
formidable bijvoeglijk naamwoord
-
spécial bijvoeglijk naamwoord
-
unique en son genre bijvoeglijk naamwoord
-
extraordinaire bijvoeglijk naamwoord
-
extra bijvoeglijk naamwoord
-
-
gracioso (travieso)
-
gracioso (amada; fino; atractivo; elegante; sutilmente; querido; dulce; delicado; ameno; agraciado; hermoso; airoso; finamente; delicadamente; decorativo; con gracia)
séduisant; avec grâce; gracieuse; charmant; avec élégance; délicat; élégant; délicatement; gracieusement; élégamment; fin; attirant; gracieux; finement; de bon goût; d'une manière charmante; du meilleur goût; d'un bon style-
séduisant bijvoeglijk naamwoord
-
avec grâce bijvoeglijk naamwoord
-
gracieuse bijvoeglijk naamwoord
-
charmant bijvoeglijk naamwoord
-
avec élégance bijvoeglijk naamwoord
-
délicat bijvoeglijk naamwoord
-
élégant bijvoeglijk naamwoord
-
délicatement bijvoeglijk naamwoord
-
gracieusement bijvoeglijk naamwoord
-
élégamment bijvoeglijk naamwoord
-
fin bijvoeglijk naamwoord
-
attirant bijvoeglijk naamwoord
-
gracieux bijvoeglijk naamwoord
-
finement bijvoeglijk naamwoord
-
de bon goût bijvoeglijk naamwoord
-
d'une manière charmante bijvoeglijk naamwoord
-
du meilleur goût bijvoeglijk naamwoord
-
d'un bon style bijvoeglijk naamwoord
-
-
gracioso (humorístico; divertido; chistoso; cómico; chusco; ameno; entretenido; burlesco; cómicamente; para reír)
drôlement; drôle; humoristique; plaisamment; marrant; plaisant; rigolo; comique; bouffon; facétieux; comiquement-
drôlement bijvoeglijk naamwoord
-
drôle bijvoeglijk naamwoord
-
humoristique bijvoeglijk naamwoord
-
plaisamment bijvoeglijk naamwoord
-
marrant bijvoeglijk naamwoord
-
plaisant bijvoeglijk naamwoord
-
rigolo bijvoeglijk naamwoord
-
comique bijvoeglijk naamwoord
-
bouffon bijvoeglijk naamwoord
-
facétieux bijvoeglijk naamwoord
-
comiquement bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor gracioso:
Verwante woorden van "gracioso":
Synoniemen voor "gracioso":
Wiktionary: gracioso
gracioso
Cross Translation:
adjective
-
Qui amuser, qui divertir.
-
Comique, marrant, rigolo. (Sens général).
-
Qui a de la grâce
-
Qui, dans son apparence menue, offre de la grâce et de la gentillesse
- mignon → encantador; cautivador; gracioso; bonito; lindo; mono
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• gracioso | → drôle; amusante; amusant | ↔ amusing — funny |
• gracioso | → mignon; joli; mignonne | ↔ cute — having features mainly attributed to infants and small or cuddly animals |
• gracioso | → marrant; rigolo; amusant; drôle | ↔ funny — amusing; comical |
• gracioso | → drôle; amusant | ↔ grappig — de lust tot (glim-) lachen opwekkend |
• gracioso | → fou; imbécile | ↔ Narr — beleidigend, abwertend: ein Mensch, der sich unklug verhalten |
• gracioso | → dingue | ↔ Narr — häufig in Verbindungen: jemand, der in jemanden oder etwas vernarrt ist |
• gracioso | → gracieux; charmant | ↔ anmutig — reizend, mit Anmut |
• gracioso | → drôle | ↔ drollig — süß, niedlich |
• gracioso | → lunatique | ↔ launisch — unstet, unzuverlässig, flippig, schlechtgelaunt, unberechenbar |
Computer vertaling door derden: