Desorden: vertaling Spaans

Remove Ads

Overzicht

Spaans naar Frans: Meer gegevens...

desorden:
- embrouillage; chaos; désordre; pagaille; chienlit; bordel; confusion; pagaïe; fouillis; bazar; tas de décombres; chahut; foutoir; pourriture; saleté; charogne; cochonnerie; bibine; pagaïlle; rinçure; piquette; fatras; barbouillage; gribouillage; ramassis; bousillage; négligence; interruption; trouble; anarchie; pêle-mêle; méli-mélo; amalgame; bric-à-brac; pot-pourri; rassemblement; mélange; salade; troupe; labyrinthe; dédale; ravage; heurt; lutte; litige; dispute; dégâts; conflit; discorde; troubles; démêlé; brouillamini; désorganisation; interférence; atteinte à l'ordre public; crasse; gâchis; enlacement; enchevêtrement; entrelacement; emmêlement; saletés; situation négligée
Wiktionary:
- desorden → capharnaüm
- desorden → bordel, bric-à-brac, désordre, désarroi, trouble, chaos, pagaille, grabuge, fouillis, fatras, déballage

Spaans

Uitgebreide vertaling voor desorden (Spaans) in het Frans

desorden:

desorden [el ~] zelfstandig naamwoord

el desorden (laberinto; pandemónium; destrozos; rollo; estragos; maraña; escombros; madeja; ovillo; disturbios; ruina; ruinas; dédalo; enredo; perturbación; tumulto; escombrera)
l'embrouillage; le chaos; le désordre; la pagaille; la chienlit; le bordel; la confusion; la pagaïe
- embrouillage [le ~] zelfstandig naamwoord
- chaos [le ~] zelfstandig naamwoord
- désordre [le ~] zelfstandig naamwoord
- pagaille [la ~] zelfstandig naamwoord
- chienlit [la ~] zelfstandig naamwoord
- bordel [le ~] zelfstandig naamwoord
- confusion [la ~] zelfstandig naamwoord
- pagaïe [la ~] zelfstandig naamwoord
el desorden (ruina; estropicio; porquería; batiburrillo; grupo; caos; banda)
le désordre; le bordel; le fouillis; le bazar; la pagaille; le tas de décombres; le chahut; le foutoir
- désordre [le ~] zelfstandig naamwoord
- bordel [le ~] zelfstandig naamwoord
- fouillis [le ~] zelfstandig naamwoord
- bazar [le ~] zelfstandig naamwoord
- pagaille [la ~] zelfstandig naamwoord
- tas de décombres [le ~] zelfstandig naamwoord
- chahut [le ~] zelfstandig naamwoord
- foutoir [le ~] zelfstandig naamwoord
el desorden (caos)
la pourriture; le bordel; la saleté; la charogne; la cochonnerie; la bibine; la pagaïlle; la rinçure; la piquette; la pagaïe
- pourriture [la ~] zelfstandig naamwoord
- bordel [le ~] zelfstandig naamwoord
- saleté [la ~] zelfstandig naamwoord
- charogne [la ~] zelfstandig naamwoord
- cochonnerie [la ~] zelfstandig naamwoord
- bibine [la ~] zelfstandig naamwoord
- pagaïlle [la ~] zelfstandig naamwoord
- rinçure [la ~] zelfstandig naamwoord
- piquette [la ~] zelfstandig naamwoord
- pagaïe [la ~] zelfstandig naamwoord
el desorden (caos)
le désordre; le bordel; le fatras; le barbouillage; la pagaille; le fouillis; le chaos; le gribouillage; le ramassis; le bousillage
- désordre [le ~] zelfstandig naamwoord
- bordel [le ~] zelfstandig naamwoord
- fatras [le ~] zelfstandig naamwoord
- barbouillage [le ~] zelfstandig naamwoord
- pagaille [la ~] zelfstandig naamwoord
- fouillis [le ~] zelfstandig naamwoord
- chaos [le ~] zelfstandig naamwoord
- gribouillage [le ~] zelfstandig naamwoord
- ramassis [le ~] zelfstandig naamwoord
- bousillage [le ~] zelfstandig naamwoord
el desorden (desarreglo; neglicencia; trastorno; desidia; incuria; abandono; descuido; enredo)
la négligence
- négligence [la ~] zelfstandig naamwoord
el desorden (alteración; perturbación; disturbios; conmoción; tumulto; desarreglo)
l'interruption; le désordre
- interruption [la ~] zelfstandig naamwoord
- désordre [le ~] zelfstandig naamwoord
el desorden (despelote; banda; caos; revoltijo; batiburrillo)
le fouillis; le bordel
- fouillis [le ~] zelfstandig naamwoord
- bordel [le ~] zelfstandig naamwoord
el desorden (perturbación; desarreglo; desbarajuste; trastorno; confusión; enredo)
le désordre; le chaos; le trouble; la pagaille; l'anarchie
- désordre [le ~] zelfstandig naamwoord
- chaos [le ~] zelfstandig naamwoord
- trouble [le ~] zelfstandig naamwoord
- pagaille [la ~] zelfstandig naamwoord
- anarchie [la ~] zelfstandig naamwoord
el desorden (colección; paquete; mazo; potpurrí; conjunto; traje; orden; peso; mochila; montón; marco; molestia; envase; masa; grupo; embalaje; mandato; progreso; maraña; problemas; cuadrilla; envoltorio; gravamen; estorbo; fardo; imputación; fajo; tropas; compilación; petate; desbarajuste; revoltijo; hatajo; pelotón; mezcolanza; popurrí; patrulla de reconocimiento)
le pêle-mêle; le méli-mélo; l'amalgame; le bric-à-brac; le pot-pourri; le rassemblement; le ramassis; le mélange; la salade; la troupe
- pêle-mêle [le ~] zelfstandig naamwoord
- méli-mélo [le ~] zelfstandig naamwoord
- amalgame [le ~] zelfstandig naamwoord
- bric-à-brac [le ~] zelfstandig naamwoord
- pot-pourri [le ~] zelfstandig naamwoord
- rassemblement [le ~] zelfstandig naamwoord
- ramassis [le ~] zelfstandig naamwoord
- mélange [le ~] zelfstandig naamwoord
- salade [la ~] zelfstandig naamwoord
- troupe [la ~] zelfstandig naamwoord
el desorden (dédalo; laberinto; desorientación; caos; enredo)
le labyrinthe; le bordel; le dédale; le ravage; la pagaille; le désordre; l'heurt; la lutte; le litige; la dispute; le dégâts; le conflit; la confusion; la discorde; le troubles; le chaos; le démêlé; le brouillamini
- labyrinthe [le ~] zelfstandig naamwoord
- bordel [le ~] zelfstandig naamwoord
- dédale [le ~] zelfstandig naamwoord
- ravage [le ~] zelfstandig naamwoord
- pagaille [la ~] zelfstandig naamwoord
- désordre [le ~] zelfstandig naamwoord
- heurt [le ~] zelfstandig naamwoord
- lutte [la ~] zelfstandig naamwoord
- litige [le ~] zelfstandig naamwoord
- dispute [la ~] zelfstandig naamwoord
- dégâts [le ~] zelfstandig naamwoord
- conflit [le ~] zelfstandig naamwoord
- confusion [la ~] zelfstandig naamwoord
- discorde [la ~] zelfstandig naamwoord
- troubles [le ~] zelfstandig naamwoord
- chaos [le ~] zelfstandig naamwoord
- démêlé [le ~] zelfstandig naamwoord
- brouillamini [le ~] zelfstandig naamwoord
el desorden
le désordre; l'anarchie; la désorganisation
- désordre [le ~] zelfstandig naamwoord
- anarchie [la ~] zelfstandig naamwoord
- désorganisation [la ~] zelfstandig naamwoord
el desorden (alboroto; disturbios; tumulto)
le désordre; le chahut; l'interruption; l'interférence; l'atteinte à l'ordre public
- désordre [le ~] zelfstandig naamwoord
- chahut [le ~] zelfstandig naamwoord
- interruption [la ~] zelfstandig naamwoord
- interférence [la ~] zelfstandig naamwoord
- atteinte à l'ordre public [la ~] zelfstandig naamwoord
el desorden (mezcolanza; caos; revoltijo; hatajo; batiburrillo)
la pagaille; le bric-à-brac; le méli-mélo; le ramassis
- pagaille [la ~] zelfstandig naamwoord
- bric-à-brac [le ~] zelfstandig naamwoord
- méli-mélo [le ~] zelfstandig naamwoord
- ramassis [le ~] zelfstandig naamwoord
el desorden (porquería; caos; estropicio; desbarajuste; escombrera; batiburrillo)
la saleté; la crasse
- saleté [la ~] zelfstandig naamwoord
- crasse [la ~] zelfstandig naamwoord
el desorden (caos; desbarajuste; cuadrilla; pocilga; escombrera; batiburillo; banda; confusión; escándalo; choza; canalla; porquería; barraca; casucha; barullo; estropicio; birria; pacotilla; tejavana; batiburrillo)
le bordel; le désordre; la pagaille; le gâchis; le bazar; le fouillis; le méli-mélo
- bordel [le ~] zelfstandig naamwoord
- désordre [le ~] zelfstandig naamwoord
- pagaille [la ~] zelfstandig naamwoord
- gâchis [le ~] zelfstandig naamwoord
- bazar [le ~] zelfstandig naamwoord
- fouillis [le ~] zelfstandig naamwoord
- méli-mélo [le ~] zelfstandig naamwoord
el desorden (maraña; caos; confusión; estragos; escombros; enredo; laberinto; madeja; ovillo; escombrera; destrozos; mezcolanza; popurrí; potpurrí)
l'enlacement; l'enchevêtrement; l'entrelacement; l'emmêlement
- enlacement [le ~] zelfstandig naamwoord
- enchevêtrement [le ~] zelfstandig naamwoord
- entrelacement [le ~] zelfstandig naamwoord
- emmêlement [le ~] zelfstandig naamwoord
el desorden (borrador; porquería; mogollón; chapuzas; chapucería; chanchullos; chapuz; embadurnamiento; garrapatos; embrollos; pintarrajo; chapucerías; chapuceo; trabajo en borrador)
la pagaille; la saletés; le barbouillage
- pagaille [la ~] zelfstandig naamwoord
- saletés [la ~] zelfstandig naamwoord
- barbouillage [le ~] zelfstandig naamwoord
el desorden (porquería)
la situation négligée
- situation négligée [la ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor desorden:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
amalgame	colección; compilación; conjunto; cuadrilla; desbarajuste; desorden; embalaje; envase; envoltorio; estorbo; fajo; fardo; gravamen; grupo; hatajo; imputación; mandato; maraña; marco; masa; mazo; mezcolanza; mochila; molestia; montón; orden; paquete; patrulla de reconocimiento; pelotón; peso; petate; popurrí; potpurrí; problemas; progreso; revoltijo; traje; tropas	amalgama; amalgamiento; fusión; mezcla
anarchie	confusión; desarreglo; desbarajuste; desorden; enredo; perturbación; trastorno	anarquía
atteinte à l'ordre public	alboroto; desorden; disturbios; tumulto
barbouillage	borrador; caos; chanchullos; chapuceo; chapucería; chapucerías; chapuz; chapuzas; desorden; embadurnamiento; embrollos; garrapatos; mogollón; pintarrajo; porquería; trabajo en borrador	chapucería; chapucerías; embuste; engaño; estafa; falsificación; fraude; malversaciones; porquerías; trampa
bazar	banda; barraca; barullo; batiburillo; batiburrillo; birria; canalla; caos; casucha; choza; confusión; cuadrilla; desbarajuste; desorden; escombrera; escándalo; estropicio; grupo; pacotilla; pocilga; porquería; ruina; tejavana	bazar; borrador; bricolaje; chanchullos; chapucería; chapuz; chapuzas; desastre; embadurnamiento; embrollos; garrapatos; montón; obra mal hecha; porquería; tienda de trastos; vaivén
bibine	caos; desorden	arco; curva; sinuosidad
bordel	banda; barraca; barullo; batiburillo; batiburrillo; birria; canalla; caos; casucha; choza; confusión; cuadrilla; desbarajuste; desorden; desorientación; despelote; destrozos; disturbios; dédalo; enredo; escombrera; escombros; escándalo; estragos; estropicio; grupo; laberinto; madeja; maraña; ovillo; pacotilla; pandemónium; perturbación; pocilga; porquería; revoltijo; rollo; ruina; ruinas; tejavana; tumulto	alborozo; alegría; broma; bromas; burdel; cachondeo; casa de putas; casa de recreo; codo; diversión; gozo; gracia; gusto; júbilo; locura; lupanar; optimismo; placer; prostíbulo
bousillage	caos; desorden	bricolaje; chanchullos; chapucería; chapucerías; desastre; desmaña; embadurnamiento; embuste; engaño; estafa; falsificación; fraude; malversaciones; obra mal hecha; porquería; torpeza; trampa
bric-à-brac	batiburrillo; caos; colección; compilación; conjunto; cuadrilla; desbarajuste; desorden; embalaje; envase; envoltorio; estorbo; fajo; fardo; gravamen; grupo; hatajo; imputación; mandato; maraña; marco; masa; mazo; mezcolanza; mochila; molestia; montón; orden; paquete; patrulla de reconocimiento; pelotón; peso; petate; popurrí; potpurrí; problemas; progreso; revoltijo; traje; tropas
brouillamini	caos; desorden; desorientación; dédalo; enredo; laberinto
chahut	alboroto; banda; batiburrillo; caos; desorden; disturbios; estropicio; grupo; porquería; ruina; tumulto	afluencia; agitación; aglomeración; alboroto; barullo; disturbio; estruendo; estrépito; ruido; tumulto; zumbido
chaos	caos; confusión; desarreglo; desbarajuste; desorden; desorientación; destrozos; disturbios; dédalo; enredo; escombrera; escombros; estragos; laberinto; madeja; maraña; ovillo; pandemónium; perturbación; rollo; ruina; ruinas; trastorno; tumulto
charogne	caos; desorden	arpía; bruja; bruja pesada; cursi; desgraciado; hembra; leona; mala bestia; marimacho; miserable; nena; pastel; perra; pichona
chienlit	desorden; destrozos; disturbios; dédalo; enredo; escombrera; escombros; estragos; laberinto; madeja; maraña; ovillo; pandemónium; perturbación; rollo; ruina; ruinas; tumulto	antifaz; careta; disfraz; imitación; máscara
cochonnerie	caos; desorden	asquerosidad; chapucería; cochinada; desaseo; frangollo; guarrada; guarrerías; porquería; suciedad
conflit	caos; desorden; desorientación; dédalo; enredo; laberinto	agarrada; altercado; batalla; bronca; campo; campo de concentración; combate; conflicto; contencioso; contienda judicial; controversia; debate; desacuerdo; diferencia; discusión; disputa; enfrentamiento; litigio; lucha; materia de discusión; parcela; parcelación; pelea; rencilla
confusion	caos; desorden; desorientación; destrozos; disturbios; dédalo; enredo; escombrera; escombros; estragos; laberinto; madeja; maraña; ovillo; pandemónium; perturbación; rollo; ruina; ruinas; tumulto	agitación; alboroto; amotinamiento; asombro; aturdimiento; confusión; conmoción; desconcierto; desesperación; desorientación; disturbio; disturbios; estupefacción; motín; oposición; perplejidad; perturbación; protesta; pudor; pugilato; rebeldía; rebelión; resistencia; revuelta; sublevación; trastorno; trifulca; tumulto; vergüenza
crasse	batiburrillo; caos; desbarajuste; desorden; escombrera; estropicio; porquería	asquerosidad; astucia; cochambre; falsedad; falsía; fealdad; habilidad; indecencia; listeza; maldad; malicia; mugre; obscenidad; polución; porquería; suciedad; zorrería
discorde	caos; desorden; desorientación; dédalo; enredo; laberinto	abatimiento; agarrada; altercado; batalla; bronca; campo; campo de concentración; combate; conflicto; contencioso; contienda judicial; controversia; debate; desacuerdo; desagrado; desazón; descontento; diferencia; discordia; discusión; disgusto; disputa; enfrentamiento; incomodidad; insatisfacción; litigio; lucha; malestar; molestia; parcela; parcelación; pelea; rencilla
dispute	caos; desorden; desorientación; dédalo; enredo; laberinto	agarrada; altercado; batalla; bronca; campo; campo de concentración; combate; conflicto; contencioso; contienda judicial; controversia; cuestionar; debate; desacuerdo; diferencia; discusión; discutir; disputa; enfrentamiento; impugnar; litigio; lucha; parcela; parcelación; pelea; pelearse; rencilla; reñirse
dédale	caos; desorden; desorientación; dédalo; enredo; laberinto
dégâts	caos; desorden; desorientación; dédalo; enredo; laberinto	averías; dañar; daños; herir; perjuicios
démêlé	caos; desorden; desorientación; dédalo; enredo; laberinto	agarrada; batalla; bronca; campo; campo de concentración; combate; conflicto; desacuerdo; enfrentamiento; lucha; parcela; parcelación; pelea
désordre	alboroto; alteración; banda; barraca; barullo; batiburillo; batiburrillo; birria; canalla; caos; casucha; choza; confusión; conmoción; cuadrilla; desarreglo; desbarajuste; desorden; desorientación; destrozos; disturbios; dédalo; enredo; escombrera; escombros; escándalo; estragos; estropicio; grupo; laberinto; madeja; maraña; ovillo; pacotilla; pandemónium; perturbación; pocilga; porquería; rollo; ruina; ruinas; tejavana; trastorno; tumulto	anarquía; desacuerdo; descontento; discordia; disturbio; irregularidad; malversación
désorganisation	desorden
embrouillage	desorden; destrozos; disturbios; dédalo; enredo; escombrera; escombros; estragos; laberinto; madeja; maraña; ovillo; pandemónium; perturbación; rollo; ruina; ruinas; tumulto
emmêlement	caos; confusión; desorden; destrozos; enredo; escombrera; escombros; estragos; laberinto; madeja; maraña; mezcolanza; ovillo; popurrí; potpurrí
enchevêtrement	caos; confusión; desorden; destrozos; enredo; escombrera; escombros; estragos; laberinto; madeja; maraña; mezcolanza; ovillo; popurrí; potpurrí	embrollo; enredo; entrelazamiento; intriga; lío
enlacement	caos; confusión; desorden; destrozos; enredo; escombrera; escombros; estragos; laberinto; madeja; maraña; mezcolanza; ovillo; popurrí; potpurrí	abrazo
entrelacement	caos; confusión; desorden; destrozos; enredo; escombrera; escombros; estragos; laberinto; madeja; maraña; mezcolanza; ovillo; popurrí; potpurrí	embrollo; enredo; entrelazamiento; intriga; lío
fatras	caos; desorden
fouillis	banda; barraca; barullo; batiburillo; batiburrillo; birria; canalla; caos; casucha; choza; confusión; cuadrilla; desbarajuste; desorden; despelote; escombrera; escándalo; estropicio; grupo; pacotilla; pocilga; porquería; revoltijo; ruina; tejavana	chapucería; frangollo; porquería
foutoir	banda; batiburrillo; caos; desorden; estropicio; grupo; porquería; ruina
gribouillage	caos; desorden	borrador; borrón; bricolaje; chanchullos; chapucería; chapuz; chapuzas; cuaderno borrador; cuaderno de apuntes; desastre; embadurnamiento; embrollos; garrapatos; obra mal hecha; porquería
gâchis	banda; barraca; barullo; batiburillo; batiburrillo; birria; canalla; caos; casucha; choza; confusión; cuadrilla; desbarajuste; desorden; escombrera; escándalo; estropicio; pacotilla; pocilga; porquería; tejavana	chapucerías; chapuzas; grava
heurt	caos; desorden; desorientación; dédalo; enredo; laberinto	agarrada; atropello; batalla; bofetada; bronca; cachetada; cachete; campo; campo de concentración; choque; colisión; combate; conflicto; desacuerdo; empujoncito; empujón; enfrentamiento; estremecer; fricción; golpe; hit; jaca; lucha; manotada; manotazo; parcela; parcelación; pelea; puñetazo; sopapo; temblar; tortazo; trepidar
interférence	alboroto; desorden; disturbios; tumulto	fracción; interferencia; interrupción; intervención; rotura; ruptura
interruption	alboroto; alteración; conmoción; desarreglo; desorden; disturbios; perturbación; tumulto	IRQ; abstención; abstinencia; atasco; captura; descanso de mediodía; falla; fracción; fractura; interferencia; interrupción; intervención; obstrucción; pausa del mediodía; petición de interrupción; rotura; ruptura
labyrinthe	caos; desorden; desorientación; dédalo; enredo; laberinto
litige	caos; desorden; desorientación; dédalo; enredo; laberinto	agarrada; batalla; bronca; campo; campo de concentración; combate; conflicto; controversia; desacuerdo; diferencia; enfrentamiento; lucha; materia de discusión; parcela; parcelación; pelea
lutte	caos; desorden; desorientación; dédalo; enredo; laberinto	agarrada; batalla; baza; campamento; campo; campo de concentración; combate; conflicto; contienda; cuestionar; destreza; forcejeo; golpe; guerra; habilidad; impugnar; lucha; mano; parcela; parcelación; pelea; pelea a puñetazos; pelotazo
mélange	colección; compilación; conjunto; cuadrilla; desbarajuste; desorden; embalaje; envase; envoltorio; estorbo; fajo; fardo; gravamen; grupo; hatajo; imputación; mandato; maraña; marco; masa; mazo; mezcolanza; mochila; molestia; montón; orden; paquete; patrulla de reconocimiento; pelotón; peso; petate; popurrí; potpurrí; problemas; progreso; revoltijo; traje; tropas	amalgamiento; brebaje; calderada; derretimiento; fusión; mezcla; mezclar; mixtión; mixtura; solución; variedad
méli-mélo	banda; barraca; barullo; batiburillo; batiburrillo; birria; canalla; caos; casucha; choza; colección; compilación; confusión; conjunto; cuadrilla; desbarajuste; desorden; embalaje; envase; envoltorio; escombrera; escándalo; estorbo; estropicio; fajo; fardo; gravamen; grupo; hatajo; imputación; mandato; maraña; marco; masa; mazo; mezcolanza; mochila; molestia; montón; orden; pacotilla; paquete; patrulla de reconocimiento

Synoniemen voor "desorden":

anarquía; caos; confusión; desorganización; indisciplina; desconcierto; desarreglo; desbarajuste
babel; barahúnda; galimatías; lío; maremágnum; barullo; perplejidad; perturbación
baraúnda; batahola; jaleo; ruido; algarabía; jarana; bulla; bullicio; follón; griterío; jolgorio; alboroto; escándalo; guirigay; juerga; tiberio; tumulto; estruendo
barbulla; algazara; tropel; vocería; chillería
batiburrillo; revoltijo; mezcla; embarullamiento; mezcolanza; embrollo; cóctel; popurrí; revoltillo; amasijo; frangollo; ensalada
behetría
belén; enredo; zapatiesta
berenjenal; atolladero; camorra; maraña; riña; trapatiesta
bullanga; gresca; pendencia; trifulca; vocerío; escandalera
desafuero; arbitrariedad; injusticia; tropelía; abuso; violencia; alcaldada; desmán; brutalidad; incontinencia; transgresión; atropello; exceso; ferocidad; monstruosidad; vandalismo; grosería
enmarañamiento; embarullamiento; complicación; tergiversación
francachela; altercado; fiesta; farra; cachondeo; parranda
vorágine; aglomeración

Wiktionary: desorden

desorden

noun

(familier, fr) lieu qui renfermer beaucoup d’objets entasser confusément.
- capharnaüm → leonera; desorden; revoltijo

Cross Translation:

From	To	Via
• desorden	→ bordel; bric-à-brac	↔ clutter — a confused disordered jumble of things
• desorden	→ désordre; désarroi	↔ disarray — Want of array or regular order
• desorden	→ trouble	↔ disorder — disturbance of civic order or of public order
• desorden	→ désordre	↔ disorder — absence of order
• desorden	→ chaos; désordre	↔ turmoil — a state of great disorder or uncertainty
• desorden	→ pagaille	↔ puinhoop — een bende
• desorden	→ chaos; grabuge	↔ Chaos — Zustand der Unordnung
• desorden	→ fouillis; pagaille; désordre; fatras; déballage	↔ Unordnung — eine Situation, die sich durch das Fehlen von Ordnung auszeichnet

Verwante vertalingen van desorden

en desorden

Remove Ads

Spaanse en Franse zoekresultaten voor: desorden

Uitgebreide vertaling voor desorden (Spaans) in het Frans

desorden:

desorden [el ~] zelfstandig naamwoord

el desorden (laberinto; pandemónium; destrozos; rollo; estragos; maraña; escombros; madeja; ovillo; disturbios; ruina; ruinas; dédalo; enredo; perturbación; tumulto; escombrera)

el desorden (ruina; estropicio; porquería; batiburrillo; grupo; caos; banda)

el desorden (caos)

el desorden (caos)

el desorden (desarreglo; neglicencia; trastorno; desidia; incuria; abandono; descuido; enredo)

el desorden (alteración; perturbación; disturbios; conmoción; tumulto; desarreglo)

el desorden (despelote; banda; caos; revoltijo; batiburrillo)

el desorden (perturbación; desarreglo; desbarajuste; trastorno; confusión; enredo)

el desorden (dédalo; laberinto; desorientación; caos; enredo)

el desorden

el desorden (alboroto; disturbios; tumulto)

el desorden (mezcolanza; caos; revoltijo; hatajo; batiburrillo)

el desorden (porquería; caos; estropicio; desbarajuste; escombrera; batiburrillo)

el desorden (caos; desbarajuste; cuadrilla; pocilga; escombrera; batiburillo; banda; confusión; escándalo; choza; canalla; porquería; barraca; casucha; barullo; estropicio; birria; pacotilla; tejavana; batiburrillo)

el desorden (maraña; caos; confusión; estragos; escombros; enredo; laberinto; madeja; ovillo; escombrera; destrozos; mezcolanza; popurrí; potpurrí)

el desorden (borrador; porquería; mogollón; chapuzas; chapucería; chanchullos; chapuz; embadurnamiento; garrapatos; embrollos; pintarrajo; chapucerías; chapuceo; trabajo en borrador)

el desorden (porquería)

Vertaal Matrix voor desorden:

Synoniemen voor "desorden":

Wiktionary: desorden

Verwante vertalingen van desorden