Home ->Woordenboeken ->Spaans/Spaans ->Vertaal valla

Synoniemen voor "valla" in het Spaans

Overzicht
Spaans Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. valla:
  2. vallar:
  3. valle:

Spaans

Uitgebreide synoniemen voor valla in het Spaans

valla:

valla [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la valla
    la cosecha; la barandilla; la valla; el tabique; la raya; la reja; la alambrada; la pared divisoria; la mampara; la empalizada; el disparo; el chute; el enmaderamiento; el pequeño tabique; la pared medianera
  2. la valla
    la barrera; la obstrucción; el cerca; la valla; el obstáculo; la barricada
  3. la valla
    el enrejado; la trama; el seto; la valla; la verja; la reja; la tapia; el tramado; la empalizada; la rejería; la valla de madera; la valla enrejada
    • enrejado [el ~] zelfstandig naamwoord
    • trama [la ~] zelfstandig naamwoord
    • seto [el ~] zelfstandig naamwoord
    • valla [la ~] zelfstandig naamwoord
    • verja [la ~] zelfstandig naamwoord
    • reja [la ~] zelfstandig naamwoord
    • tapia [la ~] zelfstandig naamwoord
    • tramado [el ~] zelfstandig naamwoord
    • empalizada [la ~] zelfstandig naamwoord
    • rejería [la ~] zelfstandig naamwoord
    • valla de madera [la ~] zelfstandig naamwoord
    • valla enrejada [la ~] zelfstandig naamwoord
  4. la valla
    la valla
    • valla [la ~] zelfstandig naamwoord

Verwante woorden van "valla":


Alternatieve synoniemen voor "valla":


valla vorm van vallar:

vallar werkwoord

  1. vallar
    limitar; vallar; reducir; recortar; cercenar; cerrar; colocar; encerrar; depositar; estafar; derrocar; acorralar; acotar; destituir; cercar; apear; destronar; deslindar

Conjugations for vallar:

presente
  1. vallo
  2. vallas
  3. valla
  4. vallamos
  5. valláis
  6. vallan
imperfecto
  1. vallaba
  2. vallabas
  3. vallaba
  4. vallábamos
  5. vallabais
  6. vallaban
indefinido
  1. vallé
  2. vallaste
  3. valló
  4. vallamos
  5. vallasteis
  6. vallaron
fut. de ind.
  1. vallaré
  2. vallarás
  3. vallará
  4. vallaremos
  5. vallaréis
  6. vallarán
condic.
  1. vallaría
  2. vallarías
  3. vallaría
  4. vallaríamos
  5. vallaríais
  6. vallarían
pres. de subj.
  1. que valle
  2. que valles
  3. que valle
  4. que vallemos
  5. que valléis
  6. que vallen
imp. de subj.
  1. que vallara
  2. que vallaras
  3. que vallara
  4. que valláramos
  5. que vallarais
  6. que vallaran
miscelánea
  1. ¡valla!
  2. ¡vallad!
  3. ¡no valles!
  4. ¡no valléis!
  5. vallado
  6. vallando
1. yo, 2. tú, 3. él/ella/usted, 4. nosotros/nosotras, 5. vosotros/vosotras, 6. ellos/ellas/ustedes

Alternatieve synoniemen voor "vallar":

  • alambrar; cercar; enrejar
  • bardar; tapiar; proteger; solapar
  • empalizar

valle:

valle [el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el valle
    el valle; el bajo nivel
    • valle [el ~] zelfstandig naamwoord
    • bajo nivel [el ~] zelfstandig naamwoord
  2. el valle
    el valle
    • valle [el ~] zelfstandig naamwoord
  3. el valle
    el hueco; el valle; la depresión; el bajo nivel; el hundimiento del suelo

Verwante woorden van "valle":


Alternatieve synoniemen voor "valle":


Verwante synoniemen voor valla







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0412 seconde
Page rendered in 1.0 seconds