Spaans

Uitgebreide synoniemen voor párvula in het Spaans

párvula:

párvula [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la párvula
    el chiquillo; el párvulo; la pequeñuela; la chica; el pequeñito; la pequeñita; la niñita; la párvula; el chico; el niño; la niña; la chiquilla; el niñito; el pequeñuelo; el niño pequeño
  2. la párvula
    la chiquilla; la niñita; la chica; la chavala; la nena; la moza; la párvula; la tipeja; la niña; la tía; la soltera; la criada; la doncella; la criatura; la sirvienta; la pequeñita; la tontaina; la pequeñuela
    • chiquilla [la ~] zelfstandig naamwoord
    • niñita [la ~] zelfstandig naamwoord
    • chica [la ~] zelfstandig naamwoord
    • chavala [la ~] zelfstandig naamwoord
    • nena [la ~] zelfstandig naamwoord
    • moza [la ~] zelfstandig naamwoord
    • párvula [la ~] zelfstandig naamwoord
    • tipeja [la ~] zelfstandig naamwoord
    • niña [la ~] zelfstandig naamwoord
    • tía [la ~] zelfstandig naamwoord
    • soltera [la ~] zelfstandig naamwoord
    • criada [la ~] zelfstandig naamwoord
    • doncella [la ~] zelfstandig naamwoord
    • criatura [la ~] zelfstandig naamwoord
    • sirvienta [la ~] zelfstandig naamwoord
    • pequeñita [la ~] zelfstandig naamwoord
    • tontaina [la ~] zelfstandig naamwoord
    • pequeñuela [la ~] zelfstandig naamwoord
  3. la párvula
    la chiquilla; la chica; la nena; la niña; la nenita; la pequeñita; la niñita; la párvula; la pequeñuela
    • chiquilla [la ~] zelfstandig naamwoord
    • chica [la ~] zelfstandig naamwoord
    • nena [la ~] zelfstandig naamwoord
    • niña [la ~] zelfstandig naamwoord
    • nenita [la ~] zelfstandig naamwoord
    • pequeñita [la ~] zelfstandig naamwoord
    • niñita [la ~] zelfstandig naamwoord
    • párvula [la ~] zelfstandig naamwoord
    • pequeñuela [la ~] zelfstandig naamwoord

Verwante woorden van "párvula":


párvula vorm van párvulo:

párvulo [el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el párvulo
    el chiquillo; el párvulo; la pequeñuela; la chica; el pequeñito; la pequeñita; la niñita; la párvula; el chico; el niño; la niña; la chiquilla; el niñito; el pequeñuelo; el niño pequeño

Verwante woorden van "párvulo":


Alternatieve synoniemen voor "párvulo":