Overzicht
Spaans Synoniemen: Meer gegevens...
-
obvio:
- claro; más claro que el agua; obvio; evidente; inequívoco; por supuesto; naturalmente; claro que; desde luego; claro que si; sin duda; sin ninguna duda; después de todo; decididamente; de todas maneras; claro está; efectivamente; claro que no; de todos modos; en el fondo; natural; en realidad; automático; explícito; innegable; unívoco; manifiesto; indudable; indiscutible; ostensible; incuestionable; conocible; por lo visto; evidentemente; obviamente; patentemente; notorio
Spaans
Uitgebreide synoniemen voor obvio in het Spaans
obvio:
-
obvio
claro; más claro que el agua; obvio; evidente; inequívoco-
claro bijvoeglijk naamwoord
-
más claro que el agua bijvoeglijk naamwoord
-
obvio bijvoeglijk naamwoord
-
evidente bijvoeglijk naamwoord
-
inequívoco bijvoeglijk naamwoord
-
-
obvio
por supuesto; naturalmente; claro; claro que; desde luego; evidente; claro que si; sin duda; sin ninguna duda; obvio; después de todo; decididamente; de todas maneras; claro está; efectivamente; claro que no; de todos modos; en el fondo; natural; en realidad-
por supuesto bijvoeglijk naamwoord
-
naturalmente bijvoeglijk naamwoord
-
claro bijvoeglijk naamwoord
-
claro que bijvoeglijk naamwoord
-
desde luego bijvoeglijk naamwoord
-
evidente bijvoeglijk naamwoord
-
claro que si bijvoeglijk naamwoord
-
sin duda bijvoeglijk naamwoord
-
sin ninguna duda bijvoeglijk naamwoord
-
obvio bijvoeglijk naamwoord
-
después de todo bijvoeglijk naamwoord
-
decididamente bijvoeglijk naamwoord
-
de todas maneras bijvoeglijk naamwoord
-
claro está bijvoeglijk naamwoord
-
efectivamente bijvoeglijk naamwoord
-
claro que no bijvoeglijk naamwoord
-
de todos modos bijvoeglijk naamwoord
-
en el fondo bijvoeglijk naamwoord
-
natural bijvoeglijk naamwoord
-
en realidad bijvoeglijk naamwoord
-
-
obvio
natural; obvio; automático; evidente-
natural bijvoeglijk naamwoord
-
obvio bijvoeglijk naamwoord
-
automático bijvoeglijk naamwoord
-
evidente bijvoeglijk naamwoord
-
-
obvio
inequívoco; explícito; innegable; evidente; unívoco; claro; obvio; manifiesto; indudable; indiscutible; ostensible; incuestionable-
inequívoco bijvoeglijk naamwoord
-
explícito bijvoeglijk naamwoord
-
innegable bijvoeglijk naamwoord
-
evidente bijvoeglijk naamwoord
-
unívoco bijvoeglijk naamwoord
-
claro bijvoeglijk naamwoord
-
obvio bijvoeglijk naamwoord
-
manifiesto bijvoeglijk naamwoord
-
indudable bijvoeglijk naamwoord
-
indiscutible bijvoeglijk naamwoord
-
ostensible bijvoeglijk naamwoord
-
incuestionable bijvoeglijk naamwoord
-
-
obvio
-
obvio
por lo visto; evidentemente; obviamente; patentemente; evidente; notorio; obvio; manifiesto-
por lo visto bijvoeglijk naamwoord
-
evidentemente bijvoeglijk naamwoord
-
obviamente bijvoeglijk naamwoord
-
patentemente bijvoeglijk naamwoord
-
evidente bijvoeglijk naamwoord
-
notorio bijvoeglijk naamwoord
-
obvio bijvoeglijk naamwoord
-
manifiesto bijvoeglijk naamwoord
-
-
obvio
obviamente; evidentemente; obvio; evidente; manifiesto; notorio-
obviamente bijvoeglijk naamwoord
-
evidentemente bijvoeglijk naamwoord
-
obvio bijvoeglijk naamwoord
-
evidente bijvoeglijk naamwoord
-
manifiesto bijvoeglijk naamwoord
-
notorio bijvoeglijk naamwoord
-
-
obvio
claro; obvio; evidente; ostensible-
claro bijvoeglijk naamwoord
-
obvio bijvoeglijk naamwoord
-
evidente bijvoeglijk naamwoord
-
ostensible bijvoeglijk naamwoord
-