Overzicht


Spaans

Uitgebreide synoniemen voor nobleza in het Spaans

nobleza:

nobleza [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la nobleza
    la nobleza
    • nobleza [la ~] zelfstandig naamwoord
  2. la nobleza
    la nobleza; la alteza; la eminencia
    • nobleza [la ~] zelfstandig naamwoord
    • alteza [la ~] zelfstandig naamwoord
    • eminencia [la ~] zelfstandig naamwoord
  3. la nobleza
    el nivel; el pedazo; el bulto; la contusión; la roncha; la nobleza; la hinchazón; el abultado
    • nivel [el ~] zelfstandig naamwoord
    • pedazo [el ~] zelfstandig naamwoord
    • bulto [el ~] zelfstandig naamwoord
    • contusión [la ~] zelfstandig naamwoord
    • roncha [la ~] zelfstandig naamwoord
    • nobleza [la ~] zelfstandig naamwoord
    • hinchazón [la ~] zelfstandig naamwoord
    • abultado [el ~] zelfstandig naamwoord

Alternatieve synoniemen voor "nobleza":


Verwante synoniemen voor nobleza