Spaans

Uitgebreide synoniemen voor margen in het Spaans

margen:

margen [el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el margen
    el margen; la diferencia; la desviación; la divergencia
  2. el margen
    el lado; el costado; la orilla; el borde; el margen
    • lado [el ~] zelfstandig naamwoord
    • costado [el ~] zelfstandig naamwoord
    • orilla [la ~] zelfstandig naamwoord
    • borde [el ~] zelfstandig naamwoord
    • margen [el ~] zelfstandig naamwoord
  3. el margen
    el margen; el linde; la almena; el extremo; el dobladillo; el confín; el reborde; el lado; el marco; el borde; la moldura
    • margen [el ~] zelfstandig naamwoord
    • linde [el ~] zelfstandig naamwoord
    • almena [la ~] zelfstandig naamwoord
    • extremo [el ~] zelfstandig naamwoord
    • dobladillo [el ~] zelfstandig naamwoord
    • confín [el ~] zelfstandig naamwoord
    • reborde [el ~] zelfstandig naamwoord
    • lado [el ~] zelfstandig naamwoord
    • marco [el ~] zelfstandig naamwoord
    • borde [el ~] zelfstandig naamwoord
    • moldura [la ~] zelfstandig naamwoord
  4. el margen
    el margen de beneficio; el margen
  5. el margen
    el margen
    • margen [el ~] zelfstandig naamwoord
  6. el margen
    el margen; el espacio libre
  7. el margen
    el margen; margen de página

Verwante woorden van "margen":


Alternatieve synoniemen voor "margen":


Verwante synoniemen voor margen