Spaans
Uitgebreide vertaling voor pocos (Spaans) in het Engels
poco:
-
el poco (poquito)
-
poco (en escasa medida; menor; escaso)
to a limited extent; to a small extent; small-
to a limited extent bijvoeglijk naamwoord
-
to a small extent bijvoeglijk naamwoord
-
small bijvoeglijk naamwoord
-
-
poco
-
poco (exiguo; pobre; escasamente; escaso; enjuto; apenas; reducido; parco; magro; raras veces)
-
poco (cierta; algún; unos; un par de; algo; un poco; algo de; alguna cosa)
certain; a few; some; a couple of-
certain bijvoeglijk naamwoord
-
a few bijvoeglijk naamwoord
-
some bijvoeglijk naamwoord
-
a couple of bijvoeglijk naamwoord
-
-
poco (minúsculo; mínimo; nulo; endeble)
facetiously; minimal; slight-
facetiously bijwoord
-
minimal bijvoeglijk naamwoord
-
slight bijvoeglijk naamwoord
-
-
poco (pobre)
Vertaal Matrix voor poco:
Verwante woorden van "poco":
Synoniemen voor "poco":
Wiktionary: poco
poco
Cross Translation:
determiner
adjective
-
small in number, few
-
-
-
Insignificant, trivial
-
not busy
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• poco | → bit | ↔ beetje — een kleine hoeveelheid. |
• poco | → little | ↔ weinig — in een kleine hoeveelheid, niet veel |
• poco | → few | ↔ weinig — in een klein aantal |
• poco | → bit | ↔ bisschen — undeklinierbar: ein klein wenig, eine kleine Menge von etwas |
• poco | → paltry; stinted | ↔ karg — bezüglich Bezahlung, Nahrung, Zeit, und so weiter knapp, gering bemessen |
• poco | → little | ↔ wenig — eine unbestimmte, kleine Menge von etwas |
• poco | → little | ↔ wenig — in Kombination mit ein: etwas |