Home ->Woordenboeken ->Spaans/Engels ->Zoek: equipaje

Spaanse en Engelse zoekresultaten voor: equipaje

Overzicht

Spaans naar Engels: Meer gegevens...

equipaje:
- luggage; baggage
Wiktionary:
- equipaje → luggage, baggage
- equipaje → luggage, crew, baggage, package

Spaans

Uitgebreide vertaling voor equipaje (Spaans) in het Engels

equipaje:

equipaje [el ~] zelfstandig naamwoord

el equipaje (bagaje)
the luggage; the baggage
- luggage [the ~] zelfstandig naamwoord
- baggage [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor equipaje:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
baggage	bagaje; equipaje	carga
luggage	bagaje; equipaje	carga

Synoniemen voor "equipaje":

acervo; macutos; arreos; patrimonio; bagaje; mochilas; paquetes; maletas; pertrechos; impedimenta; bastimento
bártulos; cachivaches; trastos; enseres; utensilios; bultos
baúl; arcón; arca; cofre; valija; bulto; maletón
mobiliario; moblaje; ajuar; menaje; utillaje; material

Wiktionary: equipaje

equipaje

noun

traveller's containers
- luggage → equipaje
luggage
- baggage → equipaje

Cross Translation:

From	To	Via
• equipaje	→ luggage	↔ Gepäck — gesamte Ausrüstung für eine Reise, eine Wanderung oder einen Marsch
• equipaje	→ crew	↔ bemanning — de personen die het benodigde werk aan boord van een schip of vliegtuig verrichten
• equipaje	→ luggage	↔ bagage — een verzameling van eigendommen
• equipaje	→ baggage; luggage	↔ bagage — désuet\|fr équipage de voyage ou de guerre.
• equipaje	→ baggage; luggage; package	↔ colis — logistique\|fr caisse, ballot, paquet de marchandises expédier.

Verwante vertalingen van equipaje