Overzicht
Spaans naar Engels:   Meer gegevens...
  1. turista:
  2. Wiktionary:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor turista (Spaans) in het Engels

turista:

turista [el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el turista
    the tourist
    • tourist [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. el turista
    the recreationist; the holiday-maker
  3. el turista (pasajero; viajero; viajante)
    the traveller; the traveler
    – a person who changes location 1
    • traveller [the ~] zelfstandig naamwoord, Brits
    • traveler [the ~] zelfstandig naamwoord, Amerikaans
    the passenger
    – a traveler riding in a vehicle (a boat or bus or car or plane or train etc) who is not operating it 1
    the occupant
    • occupant [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor turista:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
holiday-maker turista
occupant pasajero; turista; viajante; viajero
passenger pasajero; turista; viajante; viajero navegante; persona embarcada; tripulante
recreationist turista
tourist turista
traveler pasajero; turista; viajante; viajero
traveller pasajero; turista; viajante; viajero viajero
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
tourist turístico

Verwante woorden van "turista":

  • turistas

Synoniemen voor "turista":


Wiktionary: turista

turista
noun
  1. Someone who travels for pleasure

Cross Translation:
FromToVia
turista tourist toeriste — een vrouwelijk persoon die voor haar plezier reist
turista tourist toerist — een mannelijk persoon die voor zijn plezier reist

Verwante vertalingen van turista