Overzicht
Spaans naar Engels:   Meer gegevens...
  1. haz:
  2. Wiktionary:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor haz (Spaans) in het Engels

haz:

haz [el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el haz (bosque; arboleda; manojo)
    the forest; the woods; the woodland
    • forest [the ~] zelfstandig naamwoord
    • woods [the ~] zelfstandig naamwoord
    • woodland [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. el haz
    the stack; the rick
    • stack [the ~] zelfstandig naamwoord
    • rick [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor haz:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
forest arboleda; bosque; haz; manojo bosque; monte; selva
rick haz abrazadera; borne; brazadera; cepo; clavija; grapa; mitra; presilla
stack haz abrazadera; borne; brazadera; cepo; clavija; grapa; mitra; pila; presilla
woodland arboleda; bosque; haz; manojo suelo forestal; terreno forestal
woods arboleda; bosque; haz; manojo bosques; selvas
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
stack acumular; acumularse; amontonar; apilar; espaciar

Verwante woorden van "haz":

  • haces

Synoniemen voor "haz":


Wiktionary: haz

haz
noun
  1. bundle of sticks
  2. -
  3. biology: cluster of closely bound muscle or nerve fibres
  4. group of objects held together by wrapping or tying
  5. beam or ray of light
  6. bundle of grain or straw
  7. mathematical construct

Cross Translation:
FromToVia
haz bundle Bündel — etwas Zusammengebundenes; aneinander gebundene Gegenstände
haz ray Strahl — von einer Energiequelle ausgehendes Bündel elektromagnetischer Wellen/Partikel
haz bundle; cluster faisceau — Assemblage
haz beam faisceau — (Physique)

Verwante vertalingen van haz