Home ->Woordenboeken ->Spaans/Engels ->Vertaal feria

Vertaal feria van Spaans naar Engels

Overzicht

Spaans naar Engels: Meer gegevens...

feria:
- fair
Wiktionary:
- feria → fair, change, trade fair
- feria → funfair, fair, mass, fairground, annual fair, carnival, market, festival, fête, trade fair, bazaar

Spaans

Uitgebreide vertaling voor feria (Spaans) in het Engels

feria:

feria [la ~] zelfstandig naamwoord

la feria
the fair
- fair [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor feria:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
fair	feria	ferial; real de la feria
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
fair		abiertamente; abierto; adecuado; apropiado; auténtico; bastante; bien educado; claramente; claro; comparativo; con franqueza; con sinceridad; considerable; considerablemente; correctamente; correcto; de veras; de verdad; decente; digno; directo; educado; equitativo; fiable; fiel; francamente; franco; genuino; honesto; honrado; ingenuo; justo; leal; lealmente; más bien; no salado; obediente; puro; razonable; real; realmente; recto; relativamente; relativo; respetable; rotundamente; rubio; rubio claro; rubio dorado; sin ambages; sin rebozo; sin reserva; sin rodeos; sin sal; sin trabas; sincero; veraz; verdadero; virtuoso; íntegro

Synoniemen voor "feria":

zoco; mercado; bazar

Wiktionary: feria

feria

noun

celebration
- fair → feria
small denominations of money given in exchange for a larger denomination
- change → vuelto; feria; menudo; suelto; sencillo; morralla; chatarra; calderilla; cambio
exhibition for a particular field
- trade fair → feria

Cross Translation:

From	To	Via
• feria	→ funfair	↔ kermis — een feest met attracties
• feria	→ fair	↔ beurs — bijeenkomst waar producenten van een bepaald vakgebied meest nieuwe producten tentoonspreiden
• feria	→ funfair; fair	↔ Jahrmarkt — ursprünglich ein nur einmal, nunmehr auch mehrmals im Jahr zur selben Zeit stattfindender mehrtägiger Markt mit Verkaufsstand und Vergnügungen (Karussell, Schaubuden, Schießbuden etc.)
• feria	→ mass	↔ Messe — Wirtschaft: Warenschau
• feria	→ fair; fairground	↔ Rummel — landsch.\|, besonders norddeutsch: Platz, auf dem [2] stattfindet
• feria	→ fair	↔ Rummel — besonders norddeutsch: Jahrmarkt
• feria	→ annual fair; carnival; fair; market; festival; fête; trade fair; bazaar	↔ foire — assemblée considérable et publique qui se tient en temps et lieu désignés d’avance, où tous les marchands peuvent étaler et vendre des objets de leur commerce.

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van feria