Correa in het Engels vertaald uit het Spaans

Overzicht

Spaans naar Engels: Meer gegevens...

correa:
- string; chord; belt; waistband; strap; girdle; coupling-strap; tag
Wiktionary:
- correa → leash, belt, purlin
- correa → strap, band, belt, strip, thong, lanyard

Spaans

Uitgebreide vertaling voor correa (Spaans) in het Engels

la correa (cuerda)
the string; the chord
- string [the ~] zelfstandig naamwoord
- chord [the ~] zelfstandig naamwoord
la correa (cinturón)
the belt
- belt [the ~] zelfstandig naamwoord
la correa (cinta de pantalón; banda; cinto; cintura; cinturón)
the belt; the waistband
- belt [the ~] zelfstandig naamwoord
- waistband [the ~] zelfstandig naamwoord
la correa (cintura)
the strap
- strap [the ~] zelfstandig naamwoord
la correa (cinta de pantalón; banda; cintura; cinto; cinturón; cinturones)
the girdle; the waistband; the belt
- girdle [the ~] zelfstandig naamwoord
- waistband [the ~] zelfstandig naamwoord
- belt [the ~] zelfstandig naamwoord
la correa (cinturón especial; cintura; banda; cinto; cinta de pantalón)
the coupling-strap
- coupling-strap [the ~] zelfstandig naamwoord
la correa (cinta para colgar; lazo)
the tag
- tag [the ~] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
belt	banda; cinta de pantalón; cinto; cintura; cinturones; cinturón; correa	cinturón
chord	correa; cuerda	acorde; acuerdo; arreglo; compromiso; contrato; convenio; disposición; pacto; permiso; ratificación; tratado
coupling-strap	banda; cinta de pantalón; cinto; cintura; cinturón especial; correa	traílla
girdle	banda; cinta de pantalón; cinto; cintura; cinturones; cinturón; correa	cinto; cinturón; cuerito
strap	cintura; correa
string	correa; cuerda	bramante; cadena; cola; cordel; cordoncillo; cordón; cuerda; encadenamiento; eslabonamiento; fibra; fila; gama; hebra; hilera; hilo; nervio; orden; progresión; ristra; sarta; serie; sucesión
tag	cinta para colgar; correa; lazo	adhesivo; enlace; etiqueta; etiqueta de nota; lazo; nudo corredizo; pegatina; rótulo; tú la llevas
waistband	banda; cinta de pantalón; cinto; cintura; cinturones; cinturón; correa
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
belt		arrear un golpe; dar un puñetazo
strap		cerrar con hebilla
string		atar; enlazar
tag		alterar; cobrar; desordenar; etiquetar; excitar; fomentar; interrumpir; mencionar de paso; perturbar; rozar; rozar apenas; tocar; tocar apenas; tocar un momento; tocar un poco; trastornar

correa

noun

Cross Translation:

From	To	Via
• correa	→ strap; band; belt; strip; thong	↔ courroie — pièce de cuir ou d’étoffe, coupée en long, étroite, qui sert à lier, à attacher quelque chose.
• correa	→ lanyard; strap; band; belt; strip; thong	↔ lanière — Sorte de courroie longue et étroite.