Overzicht
Spaans naar Engels:   Meer gegevens...
  1. calendario:
  2. Wiktionary:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor calendario (Spaans) in het Engels

calendario:

calendario [el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el calendario
    the calendar
    • calendar [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. el calendario
    the era; the calendar; the age
    • era [the ~] zelfstandig naamwoord
    • calendar [the ~] zelfstandig naamwoord
    • age [the ~] zelfstandig naamwoord
  3. el calendario (almanaque; crónica; anales; libro anual)
    the annual
    • annual [the ~] zelfstandig naamwoord
  4. el calendario (programa de calendario)
    the calendar; the calendar program
    – An application or tool in the form of an electronic calendar, commonly used for scheduling. 1

Vertaal Matrix voor calendario:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
age calendario ancianidad; antigüedad; centuria; edad; era; generación; hora; período; siglo; tiempo; vejez; época
annual almanaque; anales; calendario; crónica; libro anual almanaque; anales; anuario; archivo; crónica; expedientes; ficheros; libro anual
calendar calendario; programa de calendario
calendar program calendario; programa de calendario
era calendario hora; período; tiempo; época
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
age madurar; sazonar; vencer
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
annual anual; anualmente

Verwante woorden van "calendario":

  • calendarios

Synoniemen voor "calendario":


Wiktionary: calendario

calendario
noun
  1. means to determine the date
  2. system by which time is divided

Cross Translation:
FromToVia
calendario calendar KalenderDarstellung, Verzeichnis der aufeinanderfolgenden Tage, Wochen und Monate in Blatt-, Block- oder Buchform, oft mit Angaben zu Feiertagen, Ferien, Gedenktagen, Jahreszeiten, Mondphase, Namenstagen, Sonnenaufgang und Sonnenuntergang
calendario calendar calendrierlivre ou tableau qui contenir la suite des mois et des jours de l’année.

Verwante vertalingen van calendario