Amargura in het Engels vertaald uit het Spaans

Overzicht

Spaans naar Engels: Meer gegevens...

amargura:
- revenge; bitterness; embitterment; acridity
Wiktionary:
- amargura → wormwood
- amargura → bitterness, acridity, acridness, sharpness, acrimony, acuity, harshness, poignancy, acerbity, sourness

Spaans

Uitgebreide vertaling voor amargura (Spaans) in het Engels

la amargura (resentimiento; amargor)
the revenge
- revenge [the ~] zelfstandig naamwoord
la amargura (rencor; amargor; resentimiento)
the bitterness; the embitterment
- bitterness [the ~] zelfstandig naamwoord
- embitterment [the ~] zelfstandig naamwoord
la amargura (agror; aflicción; amargor; cinismo)
the acridity; the bitterness; the embitterment
- acridity [the ~] zelfstandig naamwoord
- bitterness [the ~] zelfstandig naamwoord
- embitterment [the ~] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
acridity	aflicción; agror; amargor; amargura; cinismo
bitterness	aflicción; agror; amargor; amargura; cinismo; rencor; resentimiento
embitterment	aflicción; agror; amargor; amargura; cinismo; rencor; resentimiento
revenge	amargor; amargura; resentimiento	revancha; venganza
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
revenge		desquitarse; tomar la revancha; vengar; vengarse

agonía; sufrimiento; pesar; congoja; pena; angustia; abatimiento; tribulación
agraz; penalidad; disgusto; sinsabor; contrariedad; contratiempo
bilis; hiel; humor; atrabilis; enojo; cólera; inquina; desabrimiento; irritación; aspereza; cabreo; acrimonia; malhumor; enfado; mosqueo; rebote
quemazón; desazón; resquemor; resentimiento
zabila; áloe; aloe; acíbar; zabida; tristeza; pesadumbre

amargura

noun

Cross Translation:

From	To	Via
• amargura	→ bitterness	↔ Bitternis — bitterer Geschmack
• amargura	→ bitterness	↔ bitterheid — de mate waarin iets een bittere smaak heeft
• amargura	→ bitterness	↔ amertume — Traductions à trier suivant le sens
• amargura	→ acridity; acridness; sharpness; acrimony; acuity; harshness; poignancy; bitterness; acerbity; sourness	↔ âcreté — qualité de ce qui est âcre.