Home ->Woordenboeken ->Spaans/Engels ->Vertaal ahorrador

Vertaal ahorrador van Spaans naar Engels

Overzicht

Spaans naar Engels: Meer gegevens...

ahorrador:
- sparing; thrifty; frugal; economical
- depositor
Wiktionary:
- ahorrador → thrifty
- ahorrador → short, economical, frugal, thrifty, sparing

Spaans

Uitgebreide vertaling voor ahorrador (Spaans) in het Engels

ahorrador:

ahorrador bijvoeglijk naamwoord

ahorrador (eficaz; económico; parco; parsimonioso; eficiente; económicamente)
sparing; thrifty; frugal; economical
- sparing bijvoeglijk naamwoord
- thrifty bijvoeglijk naamwoord
- frugal bijvoeglijk naamwoord
- economical bijvoeglijk naamwoord

ahorrador [el ~] zelfstandig naamwoord

el ahorrador (depositante)
the depositor
- depositor [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor ahorrador:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
depositor	ahorrador; depositante
Bijvoeglijk Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
economical	ahorrador; económicamente; económico; eficaz; eficiente; parco; parsimonioso	economizador; económicamente; económico
frugal	ahorrador; económicamente; económico; eficaz; eficiente; parco; parsimonioso	austero; deficiente; desdichado; desgraciado; desheredado; desprovisto; frugal; incapacitado; incompleto; insignificante; insuficiente; inválido; minusvalido; minusválido; moderado; modesto; no finalizado; parco; persona incapacitada; pueril; sencillo; simplote; simplón
sparing	ahorrador; económicamente; económico; eficaz; eficiente; parco; parsimonioso
thrifty	ahorrador; económicamente; económico; eficaz; eficiente; parco; parsimonioso

Verwante woorden van "ahorrador":

ahorradora, ahorradoras, ahorradores

Synoniemen voor "ahorrador":

ahorrativo; económico; barato; guardoso
hormiguita; austero; frugal; sobrio; avaro; miserable; usurero; tacaño; mezquino; gastador

Wiktionary: ahorrador

ahorrador

adjective

given to, or evincing, thrift
- thrifty → ahorrador; ahorrativo

Cross Translation:

From	To	Via
• ahorrador	→ short	↔ karg — mit dem, was man zu geben bereit ist, zurückhaltend
• ahorrador	→ economical	↔ zuinig — voorzichtig met het uitgeven van geld
• ahorrador	→ frugal; thrifty; economical; sparing	↔ économe — Qualifie une personne qui éviter de dépenser de l’argent inutilement.