Spaans
Uitgebreide vertaling voor próspero (Spaans) in het Engels
próspero:
-
próspero (afortunadamente; feliz; afortunado; contento; dichoso)
fortunate; lucky; beneficial; exultant-
fortunate bijvoeglijk naamwoord
-
lucky bijvoeglijk naamwoord
-
beneficial bijvoeglijk naamwoord
-
exultant bijvoeglijk naamwoord
-
-
próspero (floreciente; acomodado; en forma)
prosperous; wealthy; flourishing; thriving; well; rich; healthy; well-of; in good health-
prosperous bijvoeglijk naamwoord
-
wealthy bijvoeglijk naamwoord
-
flourishing bijvoeglijk naamwoord
-
thriving bijvoeglijk naamwoord
-
well bijvoeglijk naamwoord
-
rich bijvoeglijk naamwoord
-
healthy bijvoeglijk naamwoord
-
well-of bijvoeglijk naamwoord
-
in good health bijvoeglijk naamwoord
-
-
próspero (en forma; entrenado; saludable; floreciente)
healthy; in good health; fit; thriving; well-
healthy bijvoeglijk naamwoord
-
in good health bijvoeglijk naamwoord
-
fit bijvoeglijk naamwoord
-
thriving bijvoeglijk naamwoord
-
well bijvoeglijk naamwoord
-
-
próspero (afortunado)
prosperous; fortunate; successful; propitious; auspicious-
prosperous bijvoeglijk naamwoord
-
fortunate bijvoeglijk naamwoord
-
successful bijvoeglijk naamwoord
-
propitious bijvoeglijk naamwoord
-
auspicious bijvoeglijk naamwoord
-
-
próspero (floreciente)
prosperous; flourishing; booming-
prosperous bijvoeglijk naamwoord
-
flourishing bijvoeglijk naamwoord
-
booming bijvoeglijk naamwoord
-
-
próspero
blooming; flourishing; prospering; healthy-
blooming bijvoeglijk naamwoord
-
flourishing bijvoeglijk naamwoord
-
prospering bijvoeglijk naamwoord
-
healthy bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor próspero:
Verwante woorden van "próspero":
Synoniemen voor "próspero":
prosperar:
-
prosperar (examinar; revisar; tomar; reconocer; contestar; grabar; rodar; inspeccionar; pasar revista a)
-
prosperar (renovar; levantar; rehabilitar; reformar; alzar; actualizar; sanear; reorganizar; cambiar; reparar; florecer; restaurar; innovar; modernizar)
-
prosperar (restaurar; subsanar; renovar; reformar; alzar; cambiar; arreglar; mejorar; reconocer; corregir; grabar; ordenar; actualizar; sanar; reparar; restablecer; rehabilitar; recuperarse; remendar; refrescar; reponerse; innovar; hospitalizar; restablecerse; modernizar; adecentar; reorganizar)
-
prosperar (florecer)
-
prosperar (florecer; desarrollar; dearrollarse)
Conjugations for prosperar:
presente
- prospero
- prosperas
- prospera
- prosperamos
- prosperáis
- prosperan
imperfecto
- prosperaba
- prosperabas
- prosperaba
- prosperábamos
- prosperabais
- prosperaban
indefinido
- prosperé
- prosperaste
- prosperó
- prosperamos
- prosperasteis
- prosperaron
fut. de ind.
- prosperaré
- prosperarás
- prosperará
- prosperaremos
- prosperaréis
- prosperarán
condic.
- prosperaría
- prosperarías
- prosperaría
- prosperaríamos
- prosperaríais
- prosperarían
pres. de subj.
- que prospere
- que prosperes
- que prospere
- que prosperemos
- que prosperéis
- que prosperen
imp. de subj.
- que prosperara
- que prosperaras
- que prosperara
- que prosperáramos
- que prosperarais
- que prosperaran
miscelánea
- ¡prospera!
- ¡prosperad!
- ¡no prosperes!
- ¡no prosperéis!
- prosperado
- prosperando
1. yo, 2. tú, 3. él/ella/usted, 4. nosotros/nosotras, 5. vosotros/vosotras, 6. ellos/ellas/ustedes
Vertaal Matrix voor prosperar:
Synoniemen voor "prosperar":
Wiktionary: prosperar
prosperar
Cross Translation:
verb
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• prosperar | → make headway; advance | ↔ vooruitkomen — een betere positie krijgen |
• prosperar | → thrive | ↔ gedijen — voorspoedig groeien |
• prosperar | → prosper; flourish | ↔ bloeien — het bijzonder goed maken |
• prosperar | → prosper; flourish; thrive | ↔ florieren — sich in der allgemeinen Hochachtung erfolgreich entwickeln |
• prosperar | → prosper; flourish | ↔ gedeihen — sich gut entwickeln |
• prosperar | → prosper; flourish; thrive | ↔ prospérer — Être heureux, avoir la fortune favorable. |
Computer vertaling door derden: