Overzicht
Spaans naar Duits: Meer gegevens...
- súbito:
-
Wiktionary:
- súbito → jäh
- súbito → jäh, abrupt, plötzlich, schroff, zerklüftet, zusammenhanglos, unvermutet, unvorbereitet, zusammenhanglös
Spaans
Uitgebreide vertaling voor súbito (Spaans) in het Duits
súbito:
-
súbito (abrupto; insospechado; repentino; de buenas a primeras; pronto; inesperado; brusco; de golpe y porrazo; de improviso)
plötzlich; auf einmal; unerwartet; unvermittelt; unversehens; schlagartig-
plötzlich bijvoeglijk naamwoord
-
auf einmal bijvoeglijk naamwoord
-
unerwartet bijvoeglijk naamwoord
-
unvermittelt bijvoeglijk naamwoord
-
unversehens bijvoeglijk naamwoord
-
schlagartig bijvoeglijk naamwoord
-
-
súbito (repentino; de repente; abrupto; brusco)
plötzlich; auf einmal; abrupt; mit einem Male-
plötzlich bijvoeglijk naamwoord
-
auf einmal bijvoeglijk naamwoord
-
abrupt bijvoeglijk naamwoord
-
mit einem Male bijvoeglijk naamwoord
-
-
súbito (al azar; de repente; ciegamente; sin orden ni concierto; a ciegas; a la buena suerte; de improviso; a la buena de Dios; al buen tuntún)
aufs Geratewohl; auf gut Glück-
aufs Geratewohl bijvoeglijk naamwoord
-
auf gut Glück bijvoeglijk naamwoord
-
-
súbito (impensado; de pronto; inesperado; inesperadamente; imprevisto; brusco; repentino; repentinamente; insospechado; de improviso; de buenas a primeras; de golpe y porrazo)
plötzlich; unerwartet; unversehens; unverhofft; auf einmal; unvorhergesehen; unvermutet; jählings-
plötzlich bijvoeglijk naamwoord
-
unerwartet bijvoeglijk naamwoord
-
unversehens bijvoeglijk naamwoord
-
unverhofft bijvoeglijk naamwoord
-
auf einmal bijvoeglijk naamwoord
-
unvorhergesehen bijvoeglijk naamwoord
-
unvermutet bijvoeglijk naamwoord
-
jählings bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor súbito:
Verwante woorden van "súbito":
Synoniemen voor "súbito":
Wiktionary: súbito
súbito
Cross Translation:
adjective
-
unerwartet, abrupt und heftig sich entwickelnd
- jäh → súbito; precipitado; rápido; repentino
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• súbito | → jäh; abrupt | ↔ abrupt — without notice |
• súbito | → plötzlich | ↔ plotseling — snel en onverwacht |
• súbito | → abrupt | ↔ abrupt — plotseling |
• súbito | → plötzlich; schroff; zerklüftet; abrupt; jäh; zusammenhanglos; unvermutet; unvorbereitet; zusammenhanglös | ↔ soudain — Qui est subit, prompt. |
• súbito | → plötzlich | ↔ subit — Qui est soudain, qui arriver tout à coup. |