Spaans
Uitgebreide vertaling voor recién (Spaans) in het Duits
recién:
-
recién (recientemente; poco tiempo atrás; el otro día; hace poco)
letztens; vor kurzem; neulich; jüngst-
letztens bijvoeglijk naamwoord
-
vor kurzem bijvoeglijk naamwoord
-
neulich bijvoeglijk naamwoord
-
jüngst bijvoeglijk naamwoord
-
-
recién (hace un momento)
-
recién
gerade; soeben; gerade eben; eben; eben noch-
gerade bijvoeglijk naamwoord
-
soeben bijvoeglijk naamwoord
-
gerade eben bijvoeglijk naamwoord
-
eben bijvoeglijk naamwoord
-
eben noch bijvoeglijk naamwoord
-