Spaans

Uitgebreide vertaling voor luna (Spaans) in het Duits

luna:

luna [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la luna
    der Mond
    • Mond [der ~] zelfstandig naamwoord
  2. la luna
    Schaufenster; die Auslage; der Schaukasten; die Vitrine; der Fensterladen; die Fensterläden; die Schaufensterscheibe
  3. la luna (tubo de lámpara; cristales; espejo; globo de lámpara)
    Lampenglas

Vertaal Matrix voor luna:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Auslage luna armario de muestras; copera; cristalera; exhibición; exposición; vitrina
Fensterladen luna contraventana; postigo
Fensterläden luna
Lampenglas cristales; espejo; globo de lámpara; luna; tubo de lámpara espejo; globo de lámpara; tubo de lámpara
Mond luna
Schaufenster luna armario de muestras; copera; cristalera; escaparate; vitrina; vitrinas
Schaufensterscheibe luna
Schaukasten luna armario de muestras; copera; cristalera; escaparate; vitrina; vitrinas
Vitrine luna armario de muestras; copera; cristalera; escaparate; vitrina
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
Schaufenster escaparate; marquesina

Verwante woorden van "luna":

  • lunas

Synoniemen voor "luna":


Wiktionary: luna

luna
noun
  1. ursprünglich ausschließlich, (umgangssprachlich): der die Erde umkreisende Mond, der Erdmond, natürlicher Satellit, Trabant der Erde

Cross Translation:
FromToVia
luna Erdsatellit; Erdtrabant; Mond Moon — sole natural satellite of the Earth
luna Mond moon — largest natural satellite of planet Earth
luna Mond; Trabant; Satellit moon — any substantially sized natural satellite of a planet
luna Mond; Erdtrabant; Satellit; Trabant lune — astronomie|fr (s) satellite naturel de la Terre, qui tourne autour de celle-ci en un cycle de vingt-sept jours sept heures quarante-trois minutes. Plus souvent écrit Lune.

Verwante vertalingen van luna