Home ->Woordenboeken ->Spaans/Duits ->Zoek: española

Spaanse en Duitse zoekresultaten voor: española

Overzicht

Spaans naar Duits: Meer gegevens...

español:
- spanisch
- Spanisch
Wiktionary:
- española → Spanierin
- española → Spanierin, Spanier, spanisch
- español → Spanisch, Spanier
- español → spanisch
- español → Spanierin, Spanier, spanisch, Spanisch, spanische Sprache

Spaans

Uitgebreide vertaling voor española (Spaans) in het Duits

español:

español bijvoeglijk naamwoord

español
spanisch
- spanisch bijvoeglijk naamwoord

español [el ~] zelfstandig naamwoord

el español
Spanisch
- Spanisch [das ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor español:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Spanisch	español
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
spanisch	español

Verwante woorden van "español":

española, españolas, españoles

Synoniemen voor "español":

castellano; gachupin
coño

Wiktionary: español

español

noun

Unterrichtsfach, in dem die spanische Sprache und Kultur vermittelt wird
- Spanisch → español; castellano
romanische Sprache, die in Spanien und großen Teilen Nordamerika, Südamerika und Mittelamerikas gesprochen wird
- Spanisch → español; castellano
Bürger von Spanien
- Spanier → español

adjective

zu Spanien gehörig, aus Spanien kommend
- spanisch → español
zum Volk der Spanier gehörig, in der Art und Weise der Spanier
- spanisch → español
nicht steigerbar: zur Sprache Spanisch gehörig
- spanisch → español; castellano

Cross Translation:

From	To	Via
• español	→ Spanierin; Spanier	↔ Spaniard — somebody from Spain
• español	→ spanisch	↔ Spanish — of or pertaining to Spain
• español	→ spanisch	↔ Spanish — of or pertaining to the people or culture of Spain
• español	→ spanisch	↔ Spanish — of or pertaining to the Spanish language
• español	→ Spanisch	↔ Spanish — Romance language of Spain and the Americas
• español	→ Spanier	↔ Spanjaard — een inwoner van Spanje, of iemand afkomstig uit Spanje
• español	→ spanisch	↔ Spaans — met betrekking tot Spanje of het Spaans
• español	→ Spanisch	↔ Spaans — een taal die oorspronkelijk werd gesproken in (het centrale deel van) Spanje, maar nu ook in alle Zuid- en Midden-Amerikaanse landen, met uitzondering van Brazilië en de Guyana's
• español	→ Spanier; Spanierin	↔ Espagnol — Habitant de l’Espagne
• español	→ Spanisch; spanische Sprache	↔ espagnol — linguistique\|nocat=1 Une des langues officielles de l’Espagne et de nombreux pays du continent américain.
• español	→ spanisch	↔ espagnol — Relatif à l’Espagne

Wiktionary: española

española

noun

Bürgerin von Spanien
- Spanierin → española

Cross Translation:

From	To	Via
• española	→ Spanierin; Spanier	↔ Spaniard — somebody from Spain
• española	→ spanisch	↔ Spanish — of or pertaining to Spain
• española	→ spanisch	↔ Spanish — of or pertaining to the people or culture of Spain
• española	→ spanisch	↔ Spaans — met betrekking tot Spanje of het Spaans
• española	→ Spanier; Spanierin	↔ Espagnol — Habitant de l’Espagne