Overzicht
Engels naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. weakling:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor weakling (Engels) in het Zweeds

weakling:

weakling [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the weakling (spineless fellow; spineless chap)
    vekling; mes; fegis; svag person
    • vekling [-en] zelfstandig naamwoord
    • mes [-en] zelfstandig naamwoord
    • fegis [-en] zelfstandig naamwoord
    • svag person zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor weakling:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
fegis spineless chap; spineless fellow; weakling chicken; coward; dogs and cats; freshman; greenhorn; hare's foot; novice; poltroon; rookie; scaredy-cat
mes spineless chap; spineless fellow; weakling chicken; coward; dogs and cats; freshman; greenhorn; hare's foot; novice; poltroon; rookie; scaredy-cat; titmouse
svag person spineless chap; spineless fellow; weakling
vekling spineless chap; spineless fellow; weakling
- doormat; wuss

Verwante woorden van "weakling":


Synoniemen voor "weakling":


Verwante definities voor "weakling":

  1. a person who is physically weak and ineffectual1

Wiktionary: weakling

weakling
noun
  1. person of weak or even sickly physical constitution
  2. person of weak character