Overzicht
Engels naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. teeth:
  2. tooth:
  3. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor teeth (Engels) in het Zweeds

teeth:

teeth [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the teeth (set of teeth)
    tänder; tandrad

teeth werkwoord

  1. teeth
    tanda
    • tanda werkwoord (tandar, tandade, tandat)

Vertaal Matrix voor teeth:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
tandrad set of teeth; teeth row of teeth
tänder set of teeth; teeth
- dentition
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
tanda teeth

Verwante woorden van "teeth":


Synoniemen voor "teeth":

  • dentition; set

Verwante definities voor "teeth":

  1. the kind and number and arrangement of teeth (collectively) in a person or animal1

Wiktionary: teeth


Cross Translation:
FromToVia
teeth ax; nyckelax Bart — an Schlüsseln derjenige Teil, der in das Schloss passt
teeth bett gebit — alle tanden en kiezen van een dier of mens
teeth tand dent — Os de la mâchoire (1)

tooth:

tooth [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the tooth
    – hard bonelike structures in the jaws of vertebrates; used for biting and chewing or for attack and defense 1
    tand
    • tand [-en] zelfstandig naamwoord

tooth

  1. tooth (cog)

Vertaal Matrix voor tooth:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
tand tooth
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
kugg cog; tooth

Verwante woorden van "tooth":


Synoniemen voor "tooth":


Verwante definities voor "tooth":

  1. a means of enforcement1
    • the treaty had no teeth in it1
  2. toothlike structure in invertebrates found in the mouth or alimentary canal or on a shell1
  3. something resembling the tooth of an animal1
  4. one of a number of uniform projections on a gear1
  5. hard bonelike structures in the jaws of vertebrates; used for biting and chewing or for attack and defense1

Wiktionary: tooth

tooth
noun
  1. biological tooth
  2. saw tooth

Cross Translation:
FromToVia
tooth tand tand — scherp uitsteeksel
tooth tand tand — hard wit voorwerp in de mond
tooth tand Zahn — Teil des Gebisses von Menschen und Wirbeltieren
tooth tand dent — Os de la mâchoire (1)
tooth tand dent — Dents de scie (2)

Verwante vertalingen van teeth