Overzicht
Engels naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. syntax:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor syntax (Engels) in het Zweeds

syntax:

syntax [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the syntax
    syntax
    • syntax [-en] zelfstandig naamwoord
  2. the syntax
    – The rules governing the formation of a command-line statement, including the order in which a command must be typed, and the elements that follow the command. 1
    syntax
    • syntax [-en] zelfstandig naamwoord

syntax

  1. syntax

Vertaal Matrix voor syntax:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
syntax syntax
- phrase structure; sentence structure
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
satslära syntax

Synoniemen voor "syntax":


Verwante definities voor "syntax":

  1. the grammatical arrangement of words in sentences2
  2. studies of the rules for forming admissible sentences2
  3. a systematic orderly arrangement2
  4. The rules governing the formation of a command-line statement, including the order in which a command must be typed, and the elements that follow the command.1
  5. The grammatical pattern of words in a language.1

Wiktionary: syntax

syntax
noun
  1. set of rules that govern how words are combined
  2. formal rules of a computer language
  3. study of the structure of phrases and sentences

Cross Translation:
FromToVia
syntax syntax SyntaxLinguistik: Teilgebiet der Sprachwissenschaft, genauer: Teilgebiet der Grammatik;

Verwante vertalingen van syntax