Engels

Uitgebreide vertaling voor supremacy (Engels) in het Zweeds

supremacy:

supremacy [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the supremacy (superiority; ascendancy; dominance)
    överlägsenhet; dominans; majoritet
  2. the supremacy (hegemony; preponderance)
    övervälde; hegemoni

supremacy

  1. supremacy (sovereignty)
  2. supremacy

Vertaal Matrix voor supremacy:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
dominans ascendancy; dominance; superiority; supremacy domination; rule
hegemoni hegemony; preponderance; supremacy
majoritet ascendancy; dominance; superiority; supremacy biggest part; bulk; greater part; main body; masses
överlägsenhet ascendancy; dominance; superiority; supremacy haughtiness; pride; vanity
övervälde hegemony; preponderance; supremacy authority; command; dominion; mastery; power
- domination; mastery
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
supremati supremacy
överhöghet sovereignty; supremacy

Synoniemen voor "supremacy":


Verwante definities voor "supremacy":

  1. power to dominate or defeat1

Verwante vertalingen van supremacy