Engels
Uitgebreide vertaling voor stupefied (Engels) in het Zweeds
stupefied:
-
stupefied (flabbergasted; astonished; speechless; amazed; staggered; dumb; blank; inarticulate)
mållöst; förbluffat; förvånat; mållös; förstummad; förstummat-
mållöst bijvoeglijk naamwoord
-
förbluffat bijvoeglijk naamwoord
-
förvånat bijvoeglijk naamwoord
-
mållös bijvoeglijk naamwoord
-
förstummad bijvoeglijk naamwoord
-
förstummat bijvoeglijk naamwoord
-
-
stupefied (drowsy; muzzy; dull; soporific; staggered; dozy; dopey; sleepy; mindless)
-
stupefied (refractory; tenacious; obstinate; cross-grained; persevering; stubborn; recalcitrant; heady; pig-headed; tacky; viscous; persistent; rebellious; tedious; boring; grumpy; sullen; unrelenting; unyielding; mindless; dull; stern; surly; leathery; headstrong; tough)
uppstudsig; obstinat; trotsig; trotsigt; envist; motsträvigt; motspänstigt; motspänstig; oregerligt; uppstudsigt-
uppstudsig bijvoeglijk naamwoord
-
obstinat bijvoeglijk naamwoord
-
trotsig bijvoeglijk naamwoord
-
trotsigt bijvoeglijk naamwoord
-
envist bijvoeglijk naamwoord
-
motsträvigt bijvoeglijk naamwoord
-
motspänstigt bijvoeglijk naamwoord
-
motspänstig bijvoeglijk naamwoord
-
oregerligt bijvoeglijk naamwoord
-
uppstudsigt bijvoeglijk naamwoord
-
-
stupefied (stunned; numb; dazed)
Vertaal Matrix voor stupefied:
Verwante woorden van "stupefied":
Synoniemen voor "stupefied":
Verwante definities voor "stupefied":
stupefy:
-
to stupefy (intoxicate; stun; make someone drunk; drug)
– make dull or stupid or muddle with drunkenness or infatuation 1
Conjugations for stupefy:
present
- stupefy
- stupefy
- stupefies
- stupefy
- stupefy
- stupefy
simple past
- stupefied
- stupefied
- stupefied
- stupefied
- stupefied
- stupefied
present perfect
- have stupefied
- have stupefied
- has stupefied
- have stupefied
- have stupefied
- have stupefied
past continuous
- was stupefying
- were stupefying
- was stupefying
- were stupefying
- were stupefying
- were stupefying
future
- shall stupefy
- will stupefy
- will stupefy
- shall stupefy
- will stupefy
- will stupefy
continuous present
- am stupefying
- are stupefying
- is stupefying
- are stupefying
- are stupefying
- are stupefying
subjunctive
- be stupefied
- be stupefied
- be stupefied
- be stupefied
- be stupefied
- be stupefied
diverse
- stupefy!
- let's stupefy!
- stupefied
- stupefying
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they
Vertaal Matrix voor stupefy:
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
berusa | drug; intoxicate; make someone drunk; stun; stupefy | carry away; intoxicate; thrill |
droga | drug; intoxicate; make someone drunk; stun; stupefy | |
- | besot; stun |