Engels
Uitgebreide vertaling voor straightforward (Engels) in het Zweeds
straightforward:
-
straightforward (frank; sincere; straight; honest; open; plain; fair)
-
straightforward (explicit; crude; frank; outspoken; blunt; straight; overt; openly; square; plain)
öppen; klart; uppriktigt; klar; tydligt; uppriktig; frimodig; frimodigt; rättfram; öppenhjärtigt-
öppen bijvoeglijk naamwoord
-
klart bijvoeglijk naamwoord
-
uppriktigt bijvoeglijk naamwoord
-
klar bijvoeglijk naamwoord
-
tydligt bijvoeglijk naamwoord
-
uppriktig bijvoeglijk naamwoord
-
frimodig bijvoeglijk naamwoord
-
frimodigt bijvoeglijk naamwoord
-
rättfram bijvoeglijk naamwoord
-
öppenhjärtigt bijvoeglijk naamwoord
-
-
straightforward (straight; open; freely; frank)
-
straightforward (outspoken; straight; honest; frank)
öppen; öppet; frimodig; frimodigt; frispråkigt-
öppen bijvoeglijk naamwoord
-
öppet bijvoeglijk naamwoord
-
frimodig bijvoeglijk naamwoord
-
frimodigt bijvoeglijk naamwoord
-
frispråkigt bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor straightforward:
Verwante woorden van "straightforward":
Synoniemen voor "straightforward":
Verwante definities voor "straightforward":
Wiktionary: straightforward
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• straightforward | → rättfram | ↔ carré — Juste et droit dans ses convictions |
• straightforward | → klar; tydlig; ljus | ↔ clair — Qui a l’éclat du jour, de la lumière. |
• straightforward | → rak; rät | ↔ direct — Qui est droit, qui ne taire aucun détour. |
• straightforward | → rak; rät; lojal | ↔ droit — Qui est du côté opposé à celui de son cœur (en supposant que son cœur est du même côté que pour la majorité des être humain), ou encore du côté de celui de la main qui sert à écrire chez la majorité (dans le cas où on parle de soi, car on utilise cet adjectif en adoptant le point de vue de la |
• straightforward | → hederlig; rättskaffens; hygglig; artig; hövlig; ärbar; anständig; tillbörlig; skälig; lagom | ↔ honnête — Qui est conforme à la vertu, à la probité, à l’honneur. |
• straightforward | → klar; tydlig | ↔ limpide — Qui est clair, transparent. |
• straightforward | → simpel; gedigen; idel; lutter; oblandad; pur; ram; ren; absolut | ↔ pur — Qui est sans mélange. |